Ondernemers in de technologische industrie vinden dat de overheid niet voldoende doet voor het versterken van de internationale concurrentiepositie van Nederland. Dit blijkt uit het FME-onderzoek Internationaal Ondernemen 2012. De overheid moet vooral actiever worden om de handelsbarrières in opkomende markten te slechten. Een minister van buitenlandse handel kan daar volgens de ondernemers een belangrijke rol in spelen. FME wil bovendien dat het Crashteam oneerlijke concurrentie wordt versterkt.
FME-voorzitter Ineke Dezentjé Hamming-Bluemink: "Voor economische groei moeten we het hebben van de export. Daar moet de komende jaren veel energie in worden gestoken, zeker om onze positie op verre markten te verstevigen. Dat kan alleen als de handelsbelemmeringen flink worden aangepakt."
In het FME onderzoek Internationaal Ondernemen, dat jaarlijks wordt gehouden onder bedrijven in de technologische industrie, hebben dit maal ruim 500 ondernemers hun mening gegeven over trends, exportbestemmingen, groeimarkten en handelsbelemmeringen. De bedrijven zijn gemiddeld in meer dan twintig landen actief en halen ongeveer twee derde van hun omzet uit export.
Belemmeringen effectiever aanpakken
De belangrijkste exportbestemming is en blijft West-Europa. Duitsland blijft de belangrijkste afzetmarkt en de belangrijkste groeimarkt. De groei in andere westerse markten neemt echter wel af. Zo is België in de afgelopen twee jaar van de tweede naar de zevende plaats gezakt als het gaat om landen die voor de toekomstige groei van het bedrijf van belang zijn. China en Brazilië springen eruit als steeds belangrijker groeimarkten voor de technologische industrie.
Wil de Nederlandse maakindustrie de kansen in de opkomende markten kunnen verzilveren, dan zullen de belemmeringen effectiever aangepakt moeten worden. Vond vorig jaar bijna een derde (32%) van de bedrijven dat de overheid onvoldoende doet om de internationale concurrentiepositie van het Nederlands bedrijfsleven te versterken; nu is dat opgelopen tot bijna de helft (46%).
Uit het FME-onderzoek blijkt dat bedrijven steeds meer last hebben van handelsbarrières, van 68% in 2010 tot 81% in 2012. De BRIC-landen (Brazilië, Rusland, India en China) voeren de lijst aan van landen waar de ondernemers handelsbarrières ondervinden. Dat is opmerkelijk, omdat het dezelfde landen zijn waar de groeikansen gezien worden. Vooral douaneprocedures, interne regelgeving en tariefbarrières zijn een doorn in het oog van de ondernemers.
Het onderzoeksrapport is beschikbaar via de website van FME