Nobelprijs voor Natuurkunde naar sterrenkundigen Peebles, Mayor en Queloz

De Nobelprijs voor Natuurkunde gaat dit jaar naar de sterrenkundigen James Peebles, Michel Mayor en Didier Queloz. “De laureaten van dit jaar hebben bijgedragen aan het beantwoorden van fundamentele vragen over ons bestaan. Wat gebeurde er in de vroege kinderjaren van het universum en wat gebeurde er daarna? Zouden er daar andere planeten zijn die rond andere zonnen draaien?”

Peebles krijgt de eerste helft van de prijs, "voor theoretische ontdekkingen in de fysieke kosmologie". De andere helft gaat naar Mayor en Queloz "voor de ontdekking van een exoplaneet rond een ster van het zonnetype."

De Canadees Peebles (84) stond aan de wieg van de ‘oerknalkosmologie’. Hij werkte modellen van oorsprong van het heelal uit en rekende aan de verhoudingen tussen materie, donkere materie en donkere energie in het heelal. Zijn theorieën van de afgelopen vijftig jaar vormen de basis voor onze hedendaagse ideeën over het heelal.

De Zwitsers Mayor en Queloz ontdekten in 1995 de eerste planeet buiten ons zonnestelsel die ook rond een eigen ster draait (de 51 Pegasi). Volgens het Nobelcomitée ontketende de vondst een revolutie in de astronomie, waardoor er nu meer dan 4000 exoplaneten in het Melkwegstelsel zijn gevonden. "Mogelijk vinden we daardoor uiteindelijk een antwoord op de eeuwige vraag of er ergens anders ook leven is."

De Nobelprijzen worden op 10 december in uitgereikt Stockholm. Met de natuurkundeprijs is een bedrag van 800.000 euro gemoeid. Ook krijgen de wetenschappers een gouden medaille en een diploma.