Magneetveld van witte dwergen in het lab ontrafeld

Het magneetveld rondom sommige witte dwergen – sterren aan het einde van hun levenscyclus – heeft een grote invloed op de spectra die astronomen van zo’n ster meten. In het High Field Magnet Laboratory (HFML) aan de Radboud Universiteit Nijmegen zijn onderzoekers er voor het eerst in geslaagd om dit proces in het lab na te bootsen.

Astronomen hebben kennis over de wisselwerking tussen een magneetveld en de spectra van een ster nodig om hun metingen goed te kunnen interpreteren. Daarom willen onderzoekers dit graag in het HFML bestuderen, waar je het magneetveld kunt variëren. Maar dit is geen gemakkelijke klus: de velden van witte dwergen variëren tussen de 0,2 en 100.000 tesla, terwijl de magneten in het HFML ‘slechts’ tot 33 tesla gaan (nog steeds 300 keer sterker dan een koelkastmagneet). Door met materialen te werken die gevoeliger zijn voor magneetvelden dan waterstof, een belangrijk bestanddeel van witte dwergen, is het nu toch gelukt om het proces na te bootsen.

Onderzoeker dr. Hans Engelkamp: "We konden in het lab aan de knoppen van de magneet draaien en zo voor het eerst heel precies zien welke invloed het magneetveld heeft op de atoomspectra. Met deze kennis kunnen we nu de theorie over atomen in hoge magneetvelden aanzienlijk verfijnen."

 ‘Si:P as a laboratory analogue for hydrogen on high magnetic field white dwarf stars’,  DOI 10.1038/ncomms2466  op http://dx.doi.org/