Investeer nu in innovatie

Dit kabinet heeft in het regeerakkoord afgesproken dat in 2020 tenminste 16% van onze energiebehoefte opgewekt zal worden met hernieuwbare energiebronnen, zoals wind, zon en biomassa. Dat is een ambitieus doel, omdat ons land nu nog maar zo’n 4% van haar energiebehoefte met hernieuwbare energiebronnen opwekt. Zonder investeringen in innovatie blijft dit doel zeker buiten bereik. Dat is wrang, omdat geld dat naar innovatie vloeit gemakkelijk wordt terugverdiend.

Het belangrijkste beleidsinstrument om hernieuwbare energie te stimuleren, is de regeling Subsidie Duurzame Energie plus (SDE+). Deze dient om de onrendabele top in de kosten te financieren. Om de 16% doelstelling te halen is in het Regeerakkoord het SDE+ budget verhoogd van 1,7 miljard nu tot 3,7 miljard euro in 2020.

Kan duurzame energie goedkoper worden? Jazeker, enerzijds door onderzoek en innovatie en anderzijds door de uitrol van duurzame energie te stimuleren. Een mooi voorbeeld zijn zonnepanelen, die de afgelopen 5 jaren 80% in kosten zijn gedaald waardoor ze nu voor de consument een interessante investering zijn. Hier zijn jaren van onderzoek aan vooraf gegaan, vooral door ECN en de technische universiteiten in nauwe samenwerking met Nederlandse fabrikanten van productie apparatuur. Veel van de productie komt uit China, maar de Chinese fabrikanten van zonnepanelen maken voor de productie van zonnepanelen veelal gebruik van machines van Nederlandse of Duitse makelij. Hier zit veel van de toegevoegde waarde.

De vergelijking met ASML gaat hier op: ons land produceert nagenoeg geen chips, wel zijn we een meester in het ontwerp en de productie van apparatuur om chips te produceren.

De kosten van wind op zee zijn nu nog hoog en bedragen 17-18 eurocent per kWh hetgeen 3 tot 4 maal hoger is dan de marktprijs. Naast uitbreiding van het aantal windturbineparken op land en gebruik van biomassa is windenergie op zee één van de belangrijkste opties van het kabinet om de duurzaamheidsdoelstelling van 16% in 2020 te halen. De komende jaren is er ca. 5000 MW aan windparken op zee nodig.

Door onderzoek en innovatie kunnen de kosten van windenergie op zee nog flink omlaag. Zo heeft ECN becijferd dat 150-200 miljoen euro aan onderzoek en innovatie in windenergie op zee een kostenverlaging geeft van ca. 1 eurocent per kWh. Dat betekent een veel kleiner beroep op de SDE+ regeling, wat bij 5000 MW geïnstalleerd vermogen aan windenergie op zee kan oplopen tot wel 150-200 miljoen euro per jaar. Ieder jaar opnieuw voor de 15 jaar waarop dit park subsidie ontvangt. Dit zou een besparing van minimaal 2 miljard euro opleveren. En dat bij dezelfde gewenste uitrol van duurzame energie.

Daarbij zorg je er ook nog eens voor dat door innovatie de Nederlandse industrie goed gepositioneerd is om de marktkansen op te pakken die er internationaal liggen. En je zet een cruciale stap op weg naar een verdere verduurzaming van de energiehuishouding die nodig is om klimaatverandering tegen te gaan en onze toekomstige energievoorziening zeker te stellen. Soortgelijke winsten zijn te behalen door een deel van de SDE+-middelen te besteden aan onderzoek aan efficiëntere zonnepanelen en het beter benutten van biomassa.

Het ironische is nu dat Nederland fors bezuinigt op innovatie. Zo waren de totale uitgaven, dus niet alleen voor wind op zee, maar ook voor andere voor duurzame energie relevante onderwerpen, voor publiek gefinancierd energie onderzoek in 2010 nog 350 miljoen euro (toegegeven, dat was een topjaar), in 2012 bedroeg dat 170 miljoen en in 2013 is dat verder teruggezakt naar 120 miljoen. Ons pleidooi is om deze terugloop een halt toe te roepen en juist meer in te zetten op innovatie.

Robert Kleiburg, Executive Board ECN

Tim van der Hagen, Decaan faculteit Technische Natuurwetenschappen TU Delft