Mag je een product CE-markeren dat ontworpen en geproduceerd is door een andere partij?

Is het mogelijk om producten die niet in onze eigen fabriek gemaakt worden, maar wel door ons verkocht worden, met een eigen CE-markering op de markt te brengen?

Vraag

Is het mogelijk om producten die niet in onze eigen fabriek (Partij A) gemaakt worden, maar wel door ons verkocht worden, met een eigen CE-markering op de markt te brengen?  
 
Als voorbeeld wil ik een heftafel noemen, ontworpen en gebouwd conform EN 1570-1:2011 door een andere fabrikant (Partij B), die wij (Partij A) met onze eigen CE-markering en machineplaatje op de markt brengen. Er is in overeenstemming met de oorspronkelijke fabrikant (Partij B) geen label en informatie van hem op deze machine terug te vinden. Is dit überhaupt mogelijk en zo ja welke voorwaarden gelden hiervoor?

Antwoord

Normaliter is een fabrikant (volgens de definitie uit artikel 2 i) van de Machinerichtlijn 2006/42/EG) elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een machine of niet voltooide machine ontwerpt en/of produceert.
De Gids voor de toepassing van Machinerichtlijn 2006/42/EG – 2de uitgave – juni 2010* zegt aansluitend nog het volgende:
Een fabrikant kan een natuurlijke of een rechtspersoon zijn, dat wil zeggen een persoon of een juridische entiteit zoals een bedrijf of een vereniging. Bij het ontwerpen en bouwen van machines of niet voltooide machines kunnen diverse personen of bedrijven betrokken zijn, maar een van hen moet als de fabrikant de verantwoordelijkheid nemen voor de overeenstemming van de machines of niet voltooide machines met de richtlijn.

Aangezien de essentiële veiligheids- en gezondheidseisen van de richtlijn vooral betrekking hebben op het ontwerp en de bouw van machines, is de meest aangewezen persoon om aan die eisen te voldoen duidelijk degene die de machines daadwerkelijk ontwerpt en bouwt, of tenminste het ontwerp- en bouwproces beheerst.
Je zou hieruit kunnen concluderen dat de oorspronkelijke fabrikant (Partij B) in bovengenoemd geval toch als de ‘fabrikant’ moet worden gezien. 
Het antwoord op bovenstaande vraag is niet duidelijk weergegeven in de bovengenoemde gids, maar kan wel worden opgemaakt uit een ander Europees document genaamd ‘Richtlijnen voor de uitvoering van de productvoorschriften van de EU (de ‘Blauwe Gids’) 2016’**
De blauwe gids geeft in hoofdstuk 3.1 de aanvullende uitleg van de definitie van ‘fabrikant’ waarin ook het woord ‘own brand labellers’ of ‘private labellers’ wordt genoemd:
De fabrikant mag het product zelf ontwerpen en vervaardigen. Hij mag het ook laten ontwerpen, vervaardigen, assembleren, verpakken, verwerken of etiketteren met de bedoeling het onder zijn eigen naam of handelsmerk in de handel te brengen en zich zo aan te dienen als fabrikant (93). 

In het geval van uitbesteding moet de fabrikant de algehele controle over het product behouden en ervoor zorgen dat hij alle informatie ontvangt die noodzakelijk is om te voldoen aan zijn verantwoordelijkheden uit hoofde van de desbetreffende harmonisatiehandeling van de Europese Unie. 

De fabrikant die een deel van zijn activiteiten of al zijn activiteiten uitbesteedt, mag in geen geval zichzelf van zijn verantwoordelijkheden ontheffen, bijvoorbeeld door zijn verantwoordelijkheden over te dragen aan een gemachtigde, distributeur, gebruiker of onderaannemer. 

De fabrikant draagt de eindverantwoordelijkheid dat zijn product aan de toepasselijke harmonisatiewetgeving van de Unie voldoet, ongeacht of hij het product heeft ontworpen en vervaardigd of hij als fabrikant wordt beschouwd omdat het product onder zijn naam of handelsmerk in de handel is gebracht. 

Wanneer een product dus wordt overgedragen aan een fabrikant voor verdere handelingen zoals assemblage, verpakking, verwerking of etikettering heeft hij als enige de eindverantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat het product voldoet aan de toepasselijke wetgeving wanneer het in de handel wordt gebracht. Bovendien moet hij hier ook daadwerkelijk toe in staat zijn. 
 

(93) Dergelijke fabrikanten worden vaak ‘own brand labellers’ of ‘private labellers’ genoemd.
Kortom, het is toegestaan voor Partij A om een product/machine ontworpen en gebouwd door Partij B te brand labelen, maar dan dient hij wel in staat te zijn om aan alle bepalingen van de artikel 5 van de Machinerichtlijn te voldoen. Zie hieronder.
Artikel 5 In de handel brengen en in bedrijf stellen 

1.  De fabrikant of diens gemachtigde moet, alvorens een machine in de handel te brengen en/of in bedrijf te stellen: 

a) zich ervan vergewissen dat deze machine in overeenstemming is met de toepasselijke, in bijlage I vermelde essentiële veiligheids- en gezondheidseisen; 

b) zich ervan vergewissen dat het in bijlage VII, afdeling A, bedoelde technisch dossier beschikbaar is; 

c) inzonderheid de noodzakelijke informatie verstrekken, zoals de gebruiksaanwijzing; 

d) de procedures ter beoordeling van de overeenstemming uitvoeren, overeenkomstig artikel 12; 

e) de EG-verklaring van overeenstemming opstellen overeenkomstig bijlage II, deel 1, onder A, en zeker stellen dat deze de machine vergezelt; 

f) overeenkomstig artikel 16 de CE-markering aanbrengen.

Kortom, de fabrikant (Partij A) dient te onderzoeken en te waarborgen dat de oorspronkelijke fabrikant aan de bepalingen van artikel 5 heeft voldaan en hij dient zelf een gebruiksaanwijzing en EG-Verklaring van overeenstemming onder zijn naam mee te leveren.
* Gids voor de toepassing van Machinerichtlijn 2006/42/EG – 2de uitgave – juni 2010. Zie onderstaande link: https://ec.europa.eu/docsroom/documents/9202/attachments/1/translations/nl/renditions/native
** De blauwe gids 2016. Zie onderstaande link:
Deze vraag is beantwoord door FUSACON B.V.