​Langverwachte doorbraak voor fusie-energie

Na twintig jaar onderzoek en voorbereiding, heeft een grote Europese investering in fusie-energie nu tot resultaat geleid. Bij een temperatuur van meer dan 100 miljoen graden braken de onderzoekers van de Joint European Torus (Jet)-fusiefabriek in Oxford (VK) onlangs het record voor het creëren van fusie-energie – en zetten daarmee een grote stap op weg naar fusie als energiebron voor de toekomst.

Om fusie tot stand te brengen, moeten atomen worden verwarmd tot temperaturen boven de 100 miljoen graden en voldoende lang worden gecontroleerd. Geen enkel materiaal is bestand tegen dergelijke temperaturen, dus gebruiken de onderzoekers magnetische velden om het plasma in de reactor op zijn plaats te houden. De technologie is lange tijd ontwikkeld en volgt nu een duidelijk gedefinieerd pad om op grote schaal schone energie op te wekken.

In het huidige experiment werd 0,17 milligram brandstof gebruikt om 59 megajoule energie te creëren. Ter vergelijking: fossiele brandstoffen zouden 10 miljoen keer meer brandstof nodig hebben gehad om dezelfde hoeveelheid energie op te wekken (1,06 kg aardgas of 3,9 kg bruinkool).

Het recordexperiment was het resultaat van een langdurige inspanning waarbij onderzoekers de reactor hebben herbouwd om de plasmavorm van de brandstof aan te kunnen. De brandstof wordt DT genoemd, naar de waterstofisotopen deuterium en tritium, en het is deze brandstof die in de volgende generaties reactoren zal worden gebruikt.

De hoeveelheid warmte-energie die in het experiment werd geproduceerd – 59 Megajoule – is niet het belangrijkste onderdeel, maar eerder dat de reactor een stabiel en hoog energieniveau aanhield gedurende de vijf seconden waarvoor hij was ontworpen. De technologie zal worden opgeschaald in de veel grotere faciliteit Iter, die momenteel wordt gebouwd in het zuiden van Frankrijk, met als doel het netto-effect van plasma aan te tonen.

"Als we fusie vijf seconden kunnen volhouden, kunnen we dat vijf minuten en dan vijf uur doen als we onze activiteiten in toekomstige machines opschalen. Dit is een groot moment voor ieder van ons en de hele fusiegemeenschap. Cruciaal is dat de operationele ervaring die we hebben opgedaan onder realistische omstandigheden geeft ons veel vertrouwen voor de volgende fase", zegt Tony Donné, CEO van het internationale onderzoeksprogramma EUROfusion, de gecoördineerde Europese investering in fusie-energie.