Hamburg onderzoekt waterstof op de luchthaven

De lucht- en ruimtevaartindustrie bereidt zich voor op vliegen met waterstof. In Hamburg wordt in 2022 een ontwikkelingsplatform gelanceerd om de nieuwe technologie te testen.

Lufthansa Technik, gefinancierd door de Hanzestad Hamburg, zal de komende twee jaar samenwerken met het German Aerospace Center (DLR), het Center for Applied Aeronautical Research (ZAL) en de luchthaven van Hamburg om uitgebreide onderhouds- en grondprocessen in de behandeling van waterstoftechnologie (LH2) te ontwerpen en te testen. Daartoe wordt een vliegtuig van de Airbus A320-familie omgebouwd tot een stationair laboratorium op de basis van Lufthansa Technik in Hamburg. Het doel is om een baanbrekende demonstrator te ontwikkelen en deze vanaf 2022 te exploiteren.

Hamburg financiert het onderzoek om de economische impact van de coronaviruspandemie op de luchtvaartindustrie te verzachten. "Hamburg is niet alleen een van de drie grootste luchtvaartclusters ter wereld, vorig jaar ontwikkelde de stad ook de duidelijke visie om een grote waterstofmetropool te worden", zegt senator voor economie en innovatie Michael Westhagemann. "Ik zie het dan ook als een logische en bevredigende stap om deze twee kerncompetenties te combineren. De haven, de energiesector, de industrie en de hele mobiliteitssector zijn betrokken en bereiden zich voor op deze baanbrekende technologie. Met dit project leveren we nu ook een essentiële bijdrage aan de transformatie van de luchtvaart naar een klimaatneutrale mobiliteitsoplossing van de toekomst. Het duidelijke doel is om in Hamburg een waterstofeconomie op te bouwen die internationaal een leidende positie inneemt."

Inspiratie voor volgende generatie vliegtuigen

In de eerste fase van het project willen de partners eind 2021 de meest urgente ontwikkelingsgebieden identificeren voor nader wetenschappelijk onderzoek en op basis daarvan het concept voor latere praktijktests uitwerken. De praktische implementatie van het concept zal begin 2022 van start gaan en zal de wijziging van een buiten gebruik gesteld Airbus A320-vliegtuig inhouden. Het zal worden uitgerust met een LH2-infrastructuur die zal worden gebruikt als een volledig functioneel veldlaboratorium op de basis van Lufthansa Technik in Hamburg. Tegelijkertijd wordt bij DLR een virtuele omgeving gecreëerd die zal worden gebruikt om de gedefinieerde ontwikkelvelden digitaal en zeer nauwkeurig in kaart te brengen. Het  ontwikkelingsplatform moet inspiratie bieden voor het ontwerpproces van de volgende generatie vliegtuigen door middel van geparametriseerde en zeer nauwkeurige virtuele modellen.

Lufthansa Technik zal zijn operationele expertise inzetten in het onderhoud en de modificatie van commerciële vliegtuigen en kan ook het klantperspectief integreren. DLR brengt zijn jarenlange en sectoroverschrijdende ervaring met waterstof in en richt zich op de ontwikkeling van de virtuele omgeving. ZAL levert knowhow op het gebied van brandstofceltechnologie en digitale procesmapping. Als geassocieerde projectpartner zal Hamburg Airport haar ervaring voornamelijk vanuit het perspectief van de exploitant bijdragen, bijvoorbeeld bij het definiëren van vereisten voor het grondafhandelingsproces van toekomstige LH2-aangedreven vliegtuigen.

"De vliegtuigen van de toekomst zijn lichter, efficiënter en vliegen met alternatieve voortstuwingsconcepten. Waterstof zal daarbij een belangrijke rol spelen. We moeten – snel en gedetailleerd – de vereisten leren over vliegtuigen en het onderhoud van de praktijk met waterstof op de grond," aldus Markus Fischer, DLR Deputy Board Member Aeronautics. "In het project gebruiken we deze data en ervaring om digitale modellen voor grondprocessen te ontwikkelen. Deze digitale procestweelingen kunnen vervolgens direct worden ingezet bij het ontwerpen van toekomstgerichte en toch uitvoerbare vliegtuigconfiguraties."

Michael Eggenschwiler, CEO van HamburgAirport: "Vliegen met waterstoftechnologie is alleen mogelijk als de infrastructuur op de grond ook perfect past. Hier is een nauwe coördinatie nodig en wij als luchthaven zijn blij dat we onze knowhow kunnen bijdragen aan dit belangrijke project – van kwesties van opslag en distributie tot het tankproces op het platform. Op de luchthaven vertrouwen we ook op waterstof als technologie van de toekomst voor ons grondtransport. Dit project biedt ons de kans om synergie-effecten tussen gasvormige waterstof, zoals die voor het tanken van onze bagagetractoren en vloeibare waterstof voor het tanken van vliegtuigen, zo goed mogelijk te identificeren en optimaal te benutten."