De lachende robot – UT onderzoekt lachen in interactie

Onderzoekers van onderzoeksinstituut CTIT aan de Universiteit Twente doen onderzoek naar lachen in de interactie tussen mensen. Het doel hiervan is om uiteindelijk een ‘lachende robot’ te ontwikkelen die lachen kan herkennen, interpreteren en erop kan reageren. En op de juiste manier terug kan lachen. Op 14 en 15 april vond er op de universiteit een ‘lachworkshop’ plaats, waaruit onder andere de conclusie kan worden getrokken dat het in de toekomst mogelijk is om robots en virtuele agents te maken die met je meelachen in specifieke situaties en experimentele settings. Om een robot of virtuele agent te maken die met je meelacht terwijl je ermee in gesprek bent is nog veel vervolgonderzoek nodig.

Khiet Truong is assistent-professor binnen de vakgroep Human Media Interaction: "We werken momenteel aan interactieve systemen en agents die verschillende lachjes kunnen herkennen en interpreteren en hierop kunnen reageren. Als we de onderzoeksfinanciering rondkrijgen hopen we over vijf jaar een eerste versie van een robot gereed te hebben die dit ook kan."

Deze lachende robot moet automatisch diverse manieren van lachen kunnen genereren, het gaat dus niet om opgenomen lachgeluiden. Truong: "Het automatisch genereren van lach heeft als voordeel dat je de lach direct kunt aanpassen aan de situatie en de persoon waarmee de robot/agent praat."

Onderzoeksuitkomsten

Truong: "Inmiddels weten we al veel over het verschil tussen een uitnodigende lach en een geïsoleerde lach. Dat wil zeggen een lach van persoon A, waarop persoon B reageert met een lach, en een lach van persoon A waarop persoon B niet reageert. De uitnodigende lach klinkt anders: deze is vaak langer, luider en bevat meer klinkers. Ook is de lach wat zangeriger en hoger van toon. We zouden op dit moment al een robot kunnen ontwerpen die het verschil herkent en weet of hij wel of niet moet meelachen. Verder weten we inmiddels dat je binnen een halve seconde moet reageren op een uitnodigende lach, anders is het niet meer natuurlijk."

Toepassingen

Een lachende robot kan op diverse manieren worden ingezet, bijvoorbeeld in de zorg. Truong: "Niet ter vervanging van mensen, maar als hulpmiddel. Uit onderzoek blijkt dat een knuffelrobot ouderen, die bijvoorbeeld eenzaam of dement zijn, een prettiger gevoel kan geven. Ook blijkt dat autistische kinderen doorgaans heel positief reageren op robots. Een autistisch kind heeft soms moeite met de complexe emoties van mensen en voelt zich comfortabeler bij een robot, die simpeler gedrag vertoont." Een andere applicatie is het doorzoekbaar maken van video- en geluidsmateriaal. "Stel je voor dat we in afleveringen van De Wereld Draait Door kunnen zoeken naar zogenaamde ‘hotspot’ momenten, de momenten waarop veel gelachen wordt of juist de momenten waarop het gesprek stroever verloopt. Voor beide doeleinden is het nodig dat we gelach automatisch kunnen herkennen en interpreteren."

Lachworkshop

Op 14 en 15 april vond op de Universiteit Twente een ‘lachworkshop’ plaats, waarin wetenschappers uit diverse landen samen hun onderzoeksresultaten en theorieën bespraken. Tijdens deze workshop bleek dat er veel wetenschappelijke progressie gemaakt wordt met lachgeneratie. Truong: "We kunnen onder andere concluderen dat het in de toekomst mogelijk is om robots en virtuele agents te maken die met je meelachen in specifieke situaties en experimentele settings. Een robot of virtuele agent te maken die met je meelacht terwijl je ermee in gesprek bent is heel complex. Daar is nog veel vervolgonderzoek voor nodig met bijbehorende financiering. Truong, lachend: "Met een miljoen euro komen we een heel eind." Ze wil grote hoeveelheden gesprekken tussen mensen analyseren om zoveel mogelijk te leren over lachen.

Truong: "De lachende robot van de toekomst moet alle soorten lachen automatisch kunnen herkennen en qua akoestiek kunnen relateren aan een betekenis. Vervolgens moet hij ook de juiste soorten lach kunnen produceren. Dat is erg moeilijk, omdat hierin de context en de individu een grote rol spelen. Gewone taal is goed te genereren, maar een lach is veel complexer. Om dit goed te kunnen doen hebben we fundamentele kennis nodig uit de informatica,  psychologie, fonetiek en conversatieanalyse, die kennis proberen we dan te gebruiken voor het ontwikkelen van technologie."