Op naar emissieneutrale bestaande gasturbines

Een kostenefficiënt en uitwisselbaar verbrandingssysteem met ultra lage emissiewaardes (sub 9ppm NOx en CO) voor reeds geïnstalleerde en in bedrijf genomen gasturbines met een power output range tussen de 1 en 300 MW. Dat wordt ontwikkeld in het project ‘High Hydrogen Gas Turbine Retrofit’. Het project heeft onlangs een half miljoen euro subsidie ontvangen van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat.

In het project staat de flexibiliteit in de te gebruiken brandstofsamenstelling voorop, waarbij stabiele bedrijfsvoering gegarandeerd moet zijn. Deze stabiliteit dient gewaarborgd te zijn voor een brandstofvariatie van 100% aardgas tot 100% waterstof, en iedere mix hiervan. Dit is de belangrijkste uitdaging aangezien een dergelijke extreme variatie van brandstofsamenstelling met verschillende vlamreactiviteit, kan resulteren in een grote verplaatsing van warmte binnen de verbrandingskamer die tot onherstelbare schades kan leiden als dit niet gecontroleerd plaatsvindt.

Flamesheet

Centraal binnen het high-techproject staat de gepatenteerde verbrandingstechnologie FlameSheet, eigendom van het Italiaanse Ansaldo Energia. Dit verbrandingssysteem wordt momenteel gebruikt in meerdere energiecentrales met 60Hz F-class gasturbines met sub 9ppm NOx-emissies. Een aantal van deze gasturbines gebruikt een brandstof die met waterstof wordt gemixt. De TU Delft biedt theoretische, rekenkundige en experimentele ervaring bij de ontwikkeling van verbranding van hoge waterstofconcentraties in brandstof en fabrikant van gasturbines Opra heeft toegang tot moderne testfaciliteiten. Met kennis vergaard in dit project kunnen Vattenfall, EMMTEC en Nouryon, bedrijven die energiecentrales opereren, progressie boeken bij het realiseren van het emissieneutraal produceren van stroom en warmte. Met groene waterstof kunnen bestaande gasturbinecentrales deel gaan uitmaken van de energieopslag-oplossing op grote schaal.

De subsidie is verdeeld onder alle deelnemende partijen naar gelang hun specifieke inbreng in het project. Hij wordt gebruikt voor het op schaal atmosferisch verifiëren in 2020, wat uiteindelijk zal leiden tot een eerste demonstratie op een gasturbine in 2023. De samenwerking tussen Nederlandse academici en de industrie speelden een grote rol in de toekenning.