Frequentiebesluit 2013 gewijzigd

Met ingang van 1 september 2014 wordt het Frequentiebesluit 2013 gewijzigd. Het doel van deze wijziging is om bestaande en potentiële vergunninghouders voor schaarse frequentieruimte, zoals voor mobiele telecommunicatie of commerciële radio-omroep, tijdig de nodige zekerheid te kunnen bieden over de beschikbaarheid van schaarse frequentieruimte.

De Minister van Economische Zaken kan, onder in het Frequentiebesluit 2013 genoemde voorwaarden, in de periode tussen 4 en 2 jaar voor de afloop van de vergunningen besluiten dat deze vergunningen verlengbaar zijn. Voor commerciële radio-omroep kan dit besluit tussen 4 en 1 jaar voor afloop worden genomen.

Daarmee krijgt de minister meer tijd voor besluitvorming over het al dan niet verlengen van vergunningen en voor het voorbereiden van een eventuele herverdeling van frequentieruimte. Ook is de minister niet langer afhankelijk van het al dan niet indienen van een aanvraag voordat hij tot verlengbaarheid van de vergunningen kan beslissen.

Verder krijgt de minister de mogelijkheid om, vanaf 2 jaar voor afloop van de vergunningen, ambtshalve te besluiten tot verlenging van de vergunningen in het belang van de continuïteit van de dienstverlening, bijvoorbeeld als een (her)verdeling van vergunningen en de daarbij behorende frequentieruimte niet voor de afloop van de oude vergunningen kan worden afgerond, waardoor de belangen van eindgebruikers in het geding kunnen komen.

De wijziging is gepubliceerd in het Staatsblad.