Hoe kunnen robots in diverse processen binnen een fabriek functioneren? Wat is volgens de industrie een goede robotingenieur? Deze twee vragen stonden centraal bij het opzetten van de nieuwe masteropleiding Robotics van de TU Delft.
Het antwoord: de robotingenieur moet binnen een bedrijf functioneren als een spin in het web, en in staat zijn om meerdere disciplines met elkaar te integreren en diverse processen binnen een ontwikkelsysteem te overzien. Studenten ontwikkelen daarom naast de ‘gewone’ technische vaardigheden ook een breed palet aan vaardigheden op het snijvlak van werktuigbouwkunde, kunstmatige intelligentie, systeemintegratie, bedrijfskunde en persoonlijke ontwikkeling.
Co-creatie met industrie
De nieuwe masteropleiding Robotics is het resultaat van een dynamisch proces, waarin onderzoekers en studenten van de TU Delft nauw samenwerkten met het bedrijfsleven. Vanuit verschillende perspectieven kwam een helder beroepsprofiel tot stand met een beschrijving van de context waarin de robotingenieur opereert, de vaardigheden die daarbij nodig zijn, en hoe het onderwijs daarop aan kan sluiten.
De masterstudenten moeten na deze studie in staat zijn diverse disciplines, zoals software-ontwikkeling en mechanica, aan elkaar te verbinden. In een multidisciplinair team houden zij het overzicht over een heel ontwikkelsysteem. De studenten werken daarom ook aan vaardigheden zoals het tonen van een zelfkritische en ‘leerbare’ houding, het presenteren van hun onderzoek en het geven en krijgen van feedback. Al hun leerervaringen houden zij zelf bij in een portfolio, waarbij ze zich continu bewust moeten zijn van hun eigen rol in een projectteam.
De masteropleiding Robotics
De masteropleiding Robotics staat in het teken van de ontwikkeling van de intelligente robot die de omgeving waarneemt, plannen en beslissingen maakt, en zichzelf controleert of voortbeweegt in een complexe omgeving waarin zich mensen kunnen bevinden. De technische kernvakken in de opleiding zijn dynamics and control, machine learning, robot software practicals, machine perception, planning & decision making, human robot interaction, en een multidisciplinair project. Het tweede jaar staat in het teken van een Joint Interdisciplinary Project (JIP) of stage en het afstuderen. Het programma richt zich op onder andere de agrarische, automotive, logistieke en productie -industrie.
Mastercoördinator en hoofddocent Joost de Winter licht toe: "De industrie ziet steeds meer het belang van onderzoek op het gebied van robotica. Delftse ingenieurs leiden robotica-oplossingen in goede banen waarmee een bedrijf zijn technologieën kan innoveren. De samenwerking met industriele partners levert ook interessant nieuw onderzoek op. Een win-win situatie wat mij betreft."