17 feb. 1999
1 minuut
Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid, de Universiteit van Amsterdam, de Universiteit Twente en de Vrije Universiteit gaan intensiever samenwerken. Het doel is om de toegankelijkheid van het rijke Nederlandse audiovisuele erfgoed de komende jaren sterk te verbeteren.
De hoeveelheden audiovisuele data die dagelijks geproduceerd worden, nemen enorm toe. Het onderzoek naar technologie om de juiste informatie te vinden in deze oceaan van data kent een lange geschiedenis. Langzaam beginnen de resultaten van dit onderzoek door te sijpelen naar de dagelijkse praktijk van audiovisuele archieven zoals Beeld en Geluid. Om dit proces te bespoedigen gaat Beeld en Geluid in samenwerking met de universiteiten onderzoeksresultaten in een vroeg stadium inzetten binnen de bestaande systemen. Hierdoor kan direct ervaring opgedaan worden met het gebruik van nieuwe technologie, zodat het beter op bruikbaarheid kan worden beoordeeld en nieuwe, praktijkgerichte onderzoeksvragen geïdentificeerd kunnen worden.
Informatie-analysetechnieken, zoals beeld- en spraakherkenning, alsmede de opkomst van semantisch-webtechnologie zullen hierbij een grote rol spelen. Deze nieuwe ontwikkelingen ondersteunen diverse gebruikersgroepen hun weg te vinden in het enorme aanbod van digitaal erfgoed dat beschikbaar komt.
Het convenant vloeit voort uit jarenlange vruchtbare samenwerking tussen de partijen die onder meer samenwerkten binnen nationale onderzoeksprogramma’s voor het Cultureel Erfgoed zoals MultimediaN, CATCH en Europese Kaderprogramma’s. Recentelijk hebben consortiumpartners de experimentele videozoekmachine ‘Hollands Glorie op Pinkpop’, rondom veertig jaar Pinkpop ontwikkeld. Binnen ‘Verteld Verleden’ wordt gewerkt aan de gemeenschappelijke toegang tot Oral History collecties in Nederland. Ook het annotatiespel Waisda?, waarin spelers wordt gevraagd in de vorm van een spel tags aan videomateriaal toe te voegen, is een resultaat van de samenwerking tussen de partners.
Anderen lazen ook
