Nu stemmen voor Prins Friso Ingenieursprijs (video’s)

De publieksstemming voor de Prins Friso Ingenieursprijs 2020 is gestart. De drie kanshebbers zijn: Bas Reedijk, Afdelingshoofd Water bij BAM Infraconsult, Erik Duisterwinkel, Innovator, data scientist & sensor expert bij Antea Group en Jelte Kymmell, Managing director & founder Mocean Offshore. Stemmen kan tot 4 maart. De prijsuitreiking vindt plaats Op woensdag 4 maart, tijdens de Dag van de Ingenieur bij De Oude Bibliotheek Academy.

De Prins Friso Ingenieursprijs wordt voor de zesde keer uitgereikt en met de prijs wil KIVI excellente ingenieurs en hun werk zichtbaar maken. Stemmen kan hier.

De genomineerden:

Erik Duisterwinkel (33) studeerde Technische Natuurkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen en promoveerde aan de TU Eindhoven op sensorballen die de binnenzijde van waterleidingen en industriële tanks inspecteren en in kaart brengen. Momenteel werkt hij als innovator en data scientist bij Antea Group in Heerenveen.

Als het gaat om technische innovatie, begeeft Duisterwinkel zich graag op verschillende vakgebieden. "Om out of the box te denken, kun je maar beter nooit ‘in the box’ geweest zijn", zegt hij. "Echt creatief en innovatief denken lukt beter als je niet te gespecialiseerd bent."

Na zijn afstuderen startte hij een promotietraject om waterleidingen en industriële mengtanks van binnenuit te inspecteren. Hij onderzocht of dit mogelijk was met behulp van balletjes, uitgerust met sensoren, die meestromen in het leidingwater en de vloeistof in de mengtank. "Veel waterleidingen zijn aangelegd na de Tweede Wereldoorlog en hebben een levensduur van vijftig tot zestig jaar", legt hij uit. "Het is onmogelijk om alle leidingen in een keer te vervangen. Er was dus een goedkope manier nodig om de kwaliteit snel in kaart te brengen." De promotie heeft niet geleid tot een concrete toepassing en momenteel probeert hij het idee op de markt te brengen.

Aardbevingen

Bij Antea Group is Duisterwinkel vooral betrokken bij projecten waarin veel belanghebbenden en verschillende vakgebieden samenkomen. Zo deed hij in Groningen onderzoek naar een aanvullende meetmethode om de oorzaken van schade aan woningen door gasboringen in beeld te brengen. Aardbevingen kunnen zorgen voor een reeks verzakkingen en drukopbouw. Die kan zover oplopen, dat zelfs een passerende vrachtwagen of de kleinste aardbeving een scheur in de muur veroorzaakt. Duisterwinkel kwam met meetopstelling die beter de hele ketting aan oorzaken in beeld brengt.

Offshore

Jelte Kymmell (42) studeerde Offshore Engineering aan de TU Delft. Voordat hij in 2013 Mocean Offshore oprichtte, werkte hij bij verschillende bedrijven aan talrijke optimaliseringsprojecten. In 2018 werd hij directeur van de spin-off MO4. Kymmell heeft vier patenten op zijn naam staan. ‘Vraag door, graaf dieper, durf af te wijken van de huidige manier van werken’. Dat is, in een notendop, Kymmells motto.

Zijn bedrijf ontwikkelde onder meer Mocean Forecast (MO4), een systeem dat nauwkeurig berekent of een schip veilig kan aanleggen zij een boorplatform, bijvoorbeeld om goederen over te slaan. Tot nu toe gebruikte men hiervoor weersvoorspellingen. Dat is echter niet erg nauwkeurig. De inschatting van MO4 is gebaseerd op een zeer gedetailleerde weersvoorspelling met vele variabelen, die het systeem ter plaatse automatisch verwerkt in een computermodel. Het model voorspelt de bewegingen van het schip en sensoren meten de werkelijke bewegingen. De resultaten gaan terug het zelflerende algoritme in, zodat het model vanzelf steeds nauwkeuriger wordt. Zo valt de tijd dat het werk stil ligt met ongeveer een derde terug te brengen.

Kymmell: "Iets gaat kapot doordat objecten een bepaalde beweging maken, de golven zijn daarvan slechts indirect de oorzaak. Daarom werken we met een bewegingscriterium, in plaats van een weerscriterium." Deze werkwijze is voor Kymmell essentieel. Of het nu gaat om het laden van schepen, of het ontwerp van een golfenergiecentrale – ook is een project waarin het bedrijf zijn tanden heeft gezet.
De ingenieur denkt dat zijn aanpak helpt om de complexe problemen van onze tijd, zoals klimaatverandering, te lijf te gaan. "Als ingenieurs kunnen we bedrijven helpen door meer rendement te behalen en tegelijkertijd hun voetafdruk te verlagen. Economische groei en het terugdringen van milieu-impact kunnen écht hand in hand."

Kribben en dijken

Bas Reedijk (57) studeerde civiele technologie aan de TU Delft. Hij is hoofd van de afdeling Water van BAM Infraconsult, waar hij al sinds 1990 werkt. Hij gaf leiding aan een groot aantal deltatechnologische projecten in binnen- en buitenland en heeft vele wetenschappelijke artikelen op zijn naam staan. Reedijk werkt regelmatig samen met onderzoeks- en onderwijsinstellingen.

Een van de spraakmakende projecten waarbij hij betrokken is geweest, betreft de aanleg van flexibele kribben: stenen dammen die het water in goede banen leiden. Dankzij de dammen houdt een rivier een diepe vaargeul en vormen zich geen ongewenste zandbanken. De kribben zijn opgebouwd uit kruisvormige blokken beton met een soort pijlvorm aan de uiteinden. Daardoor haken ze in elkaar en dat komt de stevigheid van het geheel ten goede. Ze laten het water deels door en dat is goed voor de waterflora en om bepaalde vormen van erosie te voorkomen. Ook is er minder beton nodig en kunnen de kribben relatief makkelijk worden verplaatst, iets dat bij conventionele kribben lastig is. Een variant wordt nu gebruikt om de Afsluitdijk te verzwaren.

De kruisvormige betonblokken liggen niet alleen in Nederlandse wateren; in de loop der jaren heeft BAM Infraconsult ze op allerlei plaatsen in de wereld toegepast. Innovatieve deltatechnologie is dus niet alleen hoognodig, maar ook een lucratief exportproduct, benadrukt Reedijk. "Daarom moeten we voorop blijven lopen in innovatie." Dat kan volgens hem alleen als het bedrijfsleven goed samenwerkt met startups en met onderzoeks- en onderwijsinstellingen. Reedijk houdt daarom bewust de lijntjes kort met de technische universiteiten, haalt talentvolle afstudeerders binnen en geeft colleges in Delft. Ook doet hij zijn best de aandacht van het basis en middelbaar onderwijs te trekken.
"We moeten ervoor zorgen dat veel meer jonge mensen de techniek blijven vinden. De klimaatverandering stelt ons voor problemen, maar dat zijn ook hartstikke mooie uitdagingen. Als Nederland erop is voorbereid, kunnen we die innovatie goed inzetten."