Alle 10 miljoen gebouwen in Nederland ontsloten in 3D

Tochtgaten in een kantorenwijk, geluidshinder door industrie, horizon-vervuilende windmolens bij woonhuizen, verkeerde lichtinval in een school. Niet altijd vooraf voorzien, maar wel hinderlijk of ronduit storend nadat een bouwwerk is gerealiseerd. Deze effecten op de leefomgeving kunnen nu op voorhand eenvoudig virtueel worden gesimuleerd doordat er van alle 10 miljoen gebouwen in Nederland 3D data beschikbaar zijn.

De ontwikkeling van stedelijk gebied vraagt om een zorgvuldige afweging op een groot aantal vraagstukken: geluid, benodigde vrije wind voor, maar ook hinder van, windmolens, lichtinval, zonnepanelen, windcomfort, duurzaamheid. De 3D-modellen, ook wel urban digital twin genoemd, kunnen worden ingezet om what-if scenario’s virtueel te simuleren. Hierdoor kan tijdens het ontwerp de impact van verschillende ontwerpopties op de leefomgeving worden bepaald. Het ontwerp kan hierop worden aangepast en er kunnen zo beter afgewogen en evidence-based beslissingen worden genomen die leiden tot het optimale ontwerp.

Binnen domeinen zoals (zonne-)energie, wind en ventilatie, geluid en luchtkwaliteit wordt al langer gebruikt gemaakt van virtuele 3D modellen. Met dit virtuele model van de leefomgeving is er een dataset beschikbaar waar alle domeinen direct en vrij gebruik van kunnen maken.

De data en onderliggende techniek zijn beschikbaar gesteld als open data en open source software om de talrijke potentiele innovaties zo veel mogelijk te stimuleren.

Puntenwolken en laserstralen

Door middel van een nieuwe reconstructie-methode voor gebouwen zijn de 3D modellen van alle 10 miljoen gebouwen van Nederland gegenereerd op een volledig automatische wijze. Voorheen vereiste de reconstructie semi-automatische bewerking waardoor het moeilijk was om grote gebieden in 3D te reconstrueren. De methode gebruikt 2D gebouw-footprints uit de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) als input. Voor de hoogte is een puntenwolk (Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN)) gebruikt.

Deze is ingewonnen met behulp van ‘laser altimetrie’: vanuit een vliegtuig of helikopter wordt een laserstraal naar de aarde gestuurd en afhankelijk van de responstijd wordt de hoogte op dat punt bepaald. Het AHN heeft een puntdichtheid van ongeveer 10 punten per vierkante meter en is voor heel Nederland beschikbaar als open data.

Flexibele algoritmes

De belangrijkste uitdaging was om algoritmes te ontwikkelen die flexibel genoeg zijn om geautomatiseerd een simpel én nauwkeurig 3D model te kunnen genereren voor ieder type gebouw, ongeacht de dakvorm. Daarnaast moeten de algoritmes op een robuuste wijze om kunnen gaan met brongegevens van wisselende kwaliteit. Dat vraagt om algoritmes die rekening kunnen houden met technische beperkingen zoals wisselende kwaliteit van de hoogtes die vanuit een vliegtuig of helikopter worden ingemeten via laser scannen. Zo kunnen hoogtes van gebouwen in dicht stedelijk gebied niet altijd worden waargenomen door afscherming door een ander gebouw. Er missen daarom soms hoogtepunten in de input data. Voor die gebouwen kunnen we nu nog niet altijd een goed 3D model reconstrueren. In toekomstig onderzoek gaan we dit soort technische beperkingen verder oppakken, bijvoorbeeld door het opvullen van gaten in de puntenwolk met behulp van kunstmatige intelligentie.

In de praktijk

De stabiele versie van deze 3D BAG ontwikkelingen bij de TU Delft vindt zijn weg naar de 3D Basisvoorziening die door het Kadaster is gerealiseerd (www.pdok.nl/3d-basisvoorziening). De modellen kunnen als basis worden gebruikt in het Digitale Stelsel van de Omgevingswet (DSO).
In projecten met diverse partners wordt gewerkt aan optimale aansluiting van de 3D data op toepassingen in de praktijk. Een belangrijke toepassing is geluidssimulatie. Hiervoor is onlangs samen met het Kadaster en RIVM een landelijke dataset gegenereerd.

Het beheren van een eigen versie van de 3D BAG service in Delft maakt het mogelijk om deze toepassing steeds te blijven verbeteren en aanvullen in ieder onderdeel van de workflow: van input data voorbewerken tot reconstructie, 3D visualisatie en gebruik in stedelijke toepassingen.

Meer informatie

De techniek achter de 3D BAG is ontwikkeld door de 3D Geoinformation research group, Afdeling Urbanism. Dit is gedaan binnen verschillende onderzoeksprojecten. Hiervoor is financiering ontvangen van de European Commission (ERC), de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en het Amsterdam Institute of Advanced Metropolitan Solutions (AMS). De algoritmes zijn verder verbeterd in samenwerkingen met partners zoals RIVM , Rijkswaterstaat en Kadaster.

De 3D modellen zijn te zien en te downloaden via de 3D viewer die ook als onderdeel van dit project is ontwikkeld.