Defensie zoekt MKI-ers voor innovatie krijgsmacht

De Nederlandse industrie, onder leiding van FME en het ministerie van Defensie met de Landmacht als kartrekker, slaan de handen ineen en starten een ‘taskforce kort cyclisch innoveren’. Daarmee willen ze het innovatievermogen van de midden- en kleine industrie (mki) aanjagen en het moderniseren van de krijgsmacht versnellen.

Defensie heeft een structurele moderniseringsbehoefte en streeft daarvoor naar duurzame partnerships voor het vinden van innovatieve oplossingen. Defensie kan daarmee als brandstof dienen voor de mki. Iedere euro die Defensie aan innovatie besteedt, levert volgens FME op termijn vier en een halve euro op voor het Nederlandse bedrijfsleven. ‘Dit komt ten goede aan een sterke concurrentiepositie van Nederland en aan het verdienvermogen van de technologische industrie.’

Het moderniseren van de krijgsmacht is een uitgangspunt in de Defensievisie 2035. ‘Vandaag innoveren is voor de Landmacht noodzakelijk om tijdig de beste oplossingen te vinden voor de uitdagingen van vandaag, morgen en overmorgen.’ De Defensievisie geeft aan dat er behoefte is aan 3,5 tot 5 miljard structureel extra budget om wendbaar en toekomstbestendig te worden.

De Defensievraagstukken waar innovatieve oplossingen voor gezocht worden, zijn steeds vaker ook maatschappelijke uitdagingen. "Of het nu gaat over de energietransitie, voedselvoorziening of de modernisering van de gezondheidszorg, innovatie op dit soort onderwerpen is voor zowel Defensie als de maatschappij van belang. Dat Defensie en de industrie hierin samen optrekken is dus logisch, waarbij we samen werken aan economisch herstel", zegt FME-voorzitter Ineke Dezentjé.

Taskforce

De taskforce zal samenwerkingsverbanden tussen Defensie, de mki en kennisinstellingen organiseren en concrete projecten starten om zogenoemde ‘kort-cyclisch innovaties’ versneld uit te voeren. Zo kunnen Nederlandse mki-bedrijven die lijden onder de gevolgen van de coronacrisis wellicht staande blijven. De Landmacht zal meer als innovatie- en ‘launching partner’ optreden.