Radio uit laserlicht

Om de groei van het – mobiele – dataverkeer bij te houden, zijn draadloze signalen met een steeds kortere golflengte nodig. TU/e-promovendus Álvaro Morales Vicente onderzocht hoe je zogeheten millimetergolven kunt opwekken en uitzenden met behulp van fotonische chips.

Morales Vicente werkt aan het gebruik van laserlicht om heel nauwkeurig radiofrequenties op te wekken. De frequentie van laserlicht is veel hoger dan die van radiogolven, maar door twee laserbundels met een iets verschillende ‘kleur’ te combineren, ontstaat door interferentie een periodieke variatie in de lichtintensiteit. "Die verschilfrequentie kan met een lichtdetector worden omgezet naar een radiosignaal." Dat fenomeen is te vergelijken met de hoorbare ‘zweving’ die ontstaat als je twee snaren van een net niet goed gestemde gitaar aanslaat.

De volgende stap is het ‘richten’ van de millimetergolven om het signaal van A naar B te brengen. "Ook dat werkt met interferentie. Door een rij antennes het signaal te laten uitzenden met elk een iets andere vertraging, wordt het radiosignaal in een bepaalde richting versterkt." Morales Vicente wist dit effect in het lab bij diverse golflengtes te bewerkstelligen door de benodigde vertragingen in de signalen te creëren op een optische chip.

Het optisch opwekken van millimetergolven is energiezuinig en flexibel, maar staat nog wel in de kinderschoenen. "De grote uitdaging is om alle benodigde stappen te combineren in een handzaam apparaatje. Dus zowel het opwekken van een signaal met de juiste frequentie, het moduleren hiervan om er data in op te slaan, en het gericht uitzenden van de millimetergolven om die data over te brengen."

Bron: Cursor