Maritieme waterstofdrone vliegt langer en groener

De TU Delft, de Marine en de Kustwacht ontwikkelen een waterstofdrone die verticaal kan opstijgen en landen en urenlang horizontaal kan vliegen op waterstof. De eerste succesvolle tests vonden plaats in een van de meest uitdagende scenario’s: vanaf een varend schip op volle zee.

Een drone die in dichtbevolkt gebied of op volle zee vliegt, moet verticaal kunnen opstijgen en landen, bijvoorbeeld op een appartementencomplex of op het achterdek van een schip. Dit onttrekt veel energie aan de batterij en gaat ten koste van de vliegduur. Om langer en verder te kunnen vliegen wordt vaak fossiele brandstof gebruikt.

Bovendien heeft een drone vleugels nodig om efficiënt ver te kunnen vliegen, maar het laten landen van zulke ‘fixed-wing’ drones vergt extra voorzieningen, bijvoorbeeld op een landingsbaan of in een net. Al met al waren er nog geen drones die op een duurzame manier ver kunnen vliegen en bijna overal kunnen opstijgen en landen.

Bart Remes, projectleider van het Micro Aerial Vehicle Lab (MAVLab) van de TU Delft: "Daarom hebben wij een drone ontwikkeld die verticaal opstijgt en landt met behulp van waterstof en een batterij, en tijdens de horizontale vlucht op waterstof via een brandstofcel de batterij weer oplaadt voor de verticale landing. Dankzij het fixed-wing ontwerp en het gebruik van waterstof kan de drone urenlang in horizontale vlucht blijven."

De volledig elektrische drone weegt 13 kilo en heeft een spanwijdte van 3 meter. Hij vliegt met 12 motoren en kan daardoor bij uitvallen van enkele motoren nog veilig landen op bijvoorbeeld het achterdek van een schip.

De drone is uitgerust met een 300 bar 6,8 liter carboncomposiet waterstofcilinder. Die levert de waterstof op lage druk aan de 800 watt brandstofcel, die het omzet in elektriciteit. Een set batterijen helpt de motoren tijdens het verticaal opstijgen en landen aan extra energie.