Sluis Borgharen testcentrum voor innovatie

In de ongebruikte sluis bij Borgharen wordt onderzoek gedaan naar het verwijderen van plastic uit de rivier. Ook wordt een drijvende waterkrachtcentrale getest. In de sluis kan gecontroleerd het effect van een stroming worden onderzocht. Dit maakt deze sluis een geschikte locatie voor divers onderzoek.

Met het onderzoek wil Rijkswaterstaat ruimte geven aan innovatie en zoeken naar manieren op de Maas schoon te houden. Het werkt hierbij nauw samen met andere partijen.

Plastic verwijderen

De plastic-pilot is een samenwerking met Noria, een organisatie die zich richt op de ontwikkeling van innovatieve methodes en technieken om het plasticafvalprobleem aan te pakken. In dit geval gaat het om het verwijderen van plastic uit de Maas. Rijkswaterstaat en Noria testen systemen waarmee plastic uit het water kan worden gehaald. Dit gebeurt met een prototype ‘plasticafvalscheprad’.

In de sluis is het mogelijk om een representatieve stroming te creëren. Vervolgens laten de partijen plastic, afkomstig uit de rivier, hierin mee stromen, en wordt gekeken hoe de schep dit plastic kan verwijderen. Een net aan het einde van het sluisje zorgt ervoor dat er geen afval de Grensmaas op kan.

Drijvende waterkrachtcentrale

EQA Projects test het prototype van zijn drijvende waterkrachtcentrale. Het bedrijf onderzoekt of zo’n centrale voldoende energie kan opwekken om een bouwplaats van duurzame energie te voorzien. Als dat lukt, kunnen aannemers bij een bouwplaats gelegen naast een rivier een mobiele, drijvende centrale neerleggen en zo de bouwwerkzaamheden emissieloos uitvoeren.

waterkracht

Het prototype is gemaakt van gerecycled plastic en is visvriendelijk. Bij veel bestaande waterkrachtcentrales sterven vissen die in de turbines terecht komen.