Elke renner zijn eigen Olympische baanfiets

Voor de Olympische spelen in Tokyo is een hele reeks specifiek op iedere renner afgestemde baanfietsen ontwikkeld voor de hele selectie. De fietsen zijn 35% stijver, 15% lichter en 24% meer aerodynamisch dan voorheen en men verwacht er een tijdswinst van 0,5 seconde op de teamsprint mee te kunnen boeken.

De fietsen zijn ontwikkeld door de Koninklijke Nederlandsche Wielrenunie (KNWU), fietsenleverancier Koga, de TU Delft, Pontis Engineering en Actiflow – uiteraard in samenwerking met de renners en staf van de nationale baanselectie.

Moeite om overeind te blijven

In het ontwerp van de fiets is gezocht naar de optimale combinatie van lichtgewicht, aerodynamica en de individuele eigenschappen van de renner en het onderdeel waar hij of zij op uitkomt. Het frame en het stuur zijn afgestemd op de houding en lengte van de renners, zodat de fiets stabiel blijft. Dit is belangrijk want vooral sprinters oefenen op piekmomenten, bij de start of in volle sprint, ongekende krachten uit op de fiets. TU/D-onderzoeker Arend Schwab : "Sommige renners gaven aan dat ze tijdens de piekmomenten moeite hadden om de oude fiets overeind te houden. Aan het frame lag dat niet, dat was stijf genoeg. Het zit ‘m puur in de stuurinrichting. Die bepaalt voor een groot deel de handling qualities van de fiets."

Het EK in Apeldoorn in oktober wordt het eerste moment voor de renners om hun custom-made fiets in competitie te testen.