Struikelpartij in schaarhoogwerker: werkgever aansprakelijk

Een werknemer struikelt bij het betreden van een bak van een schaarhoogwerker over een op de vloer van de bak liggende accuboormachine. Hij verdraait daarbij zijn knie. De werkgever wordt uiteindelijk aansprakelijk gesteld.

Op 10 februari 2015 was een werknemer van Neptunus, een internationaal bedrijf gespecialiseerd in tentenbouw, werkzaam op de Maasvlakte in Rotterdam. Hij werkte daar aan de opbouw van een tent op het dek van een (groot) zeeschip. Hij was die dag vanuit een schaarhoogwerker bezig met het aanbrengen van traptreden in een trap. Hij gebruikte daarbij diverse gereedschappen, waaronder inbussleutels en een accuboor. Deze gereedschappen legde hij na gebruik los in de bak van de hoogwerker. Deze bak bevatte geen aparte opbergruimte voor gereedschappen. Op een gegeven moment is hij een doosje schroeven gaan halen en wilde hij weer terug stappen in de hoogwerker. Daarbij keek hij naar boven om te bedenken wat hij ging doen en zag dus niet de boormachine liggen. Hij is op de boormachine gaan staan en heeft daarbij zijn knie verdraaid. Inmiddels heeft hij een kijkoperatie en een reguliere operatie ondergaan.
De kantonrechter achtte de werkgever aansprakelijk voor de schade als gevolg van de struikelpartij. Die ging daarop in beroep.

Struikelrisico

De werknemer had maar een beperkte ruimte tot zijn beschikking in de bak van de hoogwerker om op hoogte verschillende montagehandelingen te verrichten. Het telkens neerleggen van gereedschappen op de vloer van de bak van de hoogwerker vormde een struikelrisico. Dit gevaar was onderkend door Neptunus en ook opgenomen in de RI&E. Het gevaar om te struikelen in een bak op (grote) hoogte stelt, gelet op de ernst die de gevolgen van een dergelijke struikelpartij voor de betrokken werknemer kunnen hebben, hoge eisen aan het te hanteren veiligheidsregime. Van Neptunus had daarom redelijkerwijs verwacht mogen worden dat zij specifieke maatregelen had genomen om het struikelrisico te beperken.

Voorzieningen

Het geven van waarschuwingen en instructies aan haar werknemers om looppad en werkplek vrij van obstakels en opgeruimd te houden was niet voldoende. Met eenvoudige en betaalbare voorzieningen was het mogelijk geweest om de werknemer in staat te stellen het gereedschap in de hoogwerker zo opgeruimd te houden dat het geen, of in ieder geval een lager, struikelrisico opleverde. De werkgever had de werknemers in ieder geval de specifieke instructie moeten geven om de accuboor met de haak aan het valharnas op te hangen en / of had de hoogwerker moeten voorzien van een op een veilige plaats bevestigde gereedschapsbak. De werkgever heeft daarmee niet aan zijn zorgplicht voldaan. De rechter wees zijn beroep af.

Rechtszaak: https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHAMS:2019:72&showbutton=true&keyword=ECLI%3aNL%3aGHAMS%3a2019%3a72