Zelfklimmende kraan en bouwblokken van bagger

Een zelfklimmende kraan voor windmolens, de robotisering van een productielijn voor paraboolveren en bouwblokken van bagger. Dat zijn ontwikkelingen die vorig jaar tot stand zijn gekomen met financiële hulp uit de innovatie- en onderzoeksregeling Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO).

De regeling keerde bijna 1,2 miljard euro uit. Van de 21.265 deelnemende ondernemers ontwikkelde het grootste deel iets op het gebied van computer- en animatiewetenschappen (5816 deelnemende bedrijven), mechanische techniek (4630), of elektrotechniek (1670). De resultaten staan in de jaarrapportage 2017.

Zelfklimmende kraan

Een van de praktijkvoorbeelden komt van het bedrijf Lagerwey uit Barneveld, dat een hijskraan bedacht die meeklimt in de opbouw van windmolens. Omdat de masthoogte van deze turbines steeds verder toeneemt moeten kranen ook steeds hoger worden. Doordat de nieuwe hijskraan zichzelf vasthoudt en zodoende niet veel ruimte nodig heeft kan zo op meer plekken makkelijker gebouwd worden. Daarbij blijft de ondergrond beschikbaar voor bijvoorbeeld akkerbouw. Die combinatie zorgt voor tijd- en milieuwinst en lagere kosten.

Robots behandelen heet staal

VDL Weweler produceert paraboolveren voor trailers en trucks. In de nieuwe productielocatie in Apeldoorn verduurzaamde het bedrijf het productieproces met steun van de Energie Investeringsaftrek (EIA). Het levert een energiebesparing op van 45%. Zo wordt materiaal nog maar eenmaal opgewarmd en gebeurt het harden van staal met zout in plaats van olie. In het geautomatiseerde productieproces behandelen robots het materiaal voordat het te veel is afgekoeld. Weweler richt zich nu op productinnovatie. Want met nieuwe productieprocessen kunnen ze veren maken met andere eigenschappen en functionaliteiten. Ook daar kan de WBSO ondersteuning in bieden.

Bouwen met modder

Baggerslib een afvalproduct? Niet voor Netics. Het ingenieursbureau ontwerpt innovatieve, bouwkundige constructies van bagger. Door het water onder hoge druk uit de modder te persen, ontstaat een duurzaam en betaalbaar bouwmateriaal. De ontwaterde baggerspecie is niet alleen geschikt voor versteviging van dijken en oevers maar ook voor woningbouw. Netics ontwerpt op dit moment een mobiele baggerfabriek die wereldwijd is in te zetten. De door Netics ontwikkelde techniek vermindert ons grondstoffengebruik en lost een afvalprobleem op. Door bouwstenen te maken uit baggerslib laat Netics zien hoe de circulaire economie in de praktijk werkt.

Circulaire kunststof

Hoe kun je van plastic verpakkingsafval nieuwe hoogwaardige producten maken? Startup QCP (Quality Circular Polymers) zette in Geleen een hoogwaardige recyclingfabriek op met een capaciteit van 35.000 ton kunststof korrels. De fabriek gebruikt huishoudelijk plastic afval en verwerkt dit tot hoogwaardig plastic dat kan concurreren met nieuw plastic uit olie. In de productiestraat zitten allerlei innovatieve technologieën afkomstig uit verschillende sectoren. Met steun van de WBSO onderzoekt QCP hoe het productieproces verder kan worden verbeterd. Zo moet de installatie zowel zachte als harde vervuilde kunststoffen kunnen behandelen en geuren kunnen verwijderen. QCP kreeg steun via o.a. de Garantie Ondernemingsfinanciering (GO), Milieu Investeringsaftrek (MIA), WBSO en de Regeling groenprojecten.

2017 in cijfers

Via de WBSO kunnen bedrijven een deel van de loonkosten en andere uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling verlagen. In 2017 kende uitvoeringsinstantie Rijksdienst voor Ondernemend Nederland 135.900 projecten toe. Dit staat gelijk aan circa 83.000 hoogwaardige arbeidsplaatsen in de research & development. Bij deze projecten was verreweg het grootste deel (96%) een ontwikkelingstraject voor een nieuw product, productieproces of programmatuur. 4% betrof een technisch-wetenschappelijk onderzoek.

Amsterdam (met 1.923 bedrijven), de omgeving Eindhoven (1.726) en Utrecht (1.534) maken het meest gebruik van de regeling. In de provincies Noord-Brabant, Zuid-Holland en Noord-Holland geven bedrijven het meeste uit aan R&D.

 
Staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat (EZK): "Nederlandse bedrijven hebben in 2017 hun uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling op peil gehouden. Dat is belangrijk, omdat de sterke economische groei er voor zorgt dat bedrijven zich vooral moeten richten op de toenemende vraag en productie. Het overgrote aandeel mkb’ers in deze groep (97%) laat zien dat zij niet alleen het fundament van onze economie zijn, maar ook een belangrijke bijdrage leveren aan vernieuwing in vele sectoren als de bouw, de verpakkingsindustrie of data-toepassingen."