Kabinet scherpt ‘Sleepwet’ aan

De protesten tegen de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv) 2017 (de ‘Sleepwet’) hebben effect gehad. Het referendum is er gekomen en na weging van de uitslag kondigt het kabinet een aanscherping aan. Het gaat onder meer om het delen van informatie met andere landen, de bewaartermijnen en de gerichte inzet van bijzondere bevoegdheden.

De Wiv gaat in per 1 mei 2018. De aanpassingen doen naar het oordeel van het kabinet recht aan de referendumuitslag en zijn tegelijkertijd werkbaar voor de diensten.

Versnelde weging van samenwerking met buitenlandse diensten

Om te beoordelen met welke landen de diensten in welke mate informatie kunnen delen, worden wegingsnotities opgesteld en actueel gehouden aan de hand van criteria als het respecteren van mensenrechten, democratische inbedding van de veiligheidsdiensten en de professionele standaarden van de diensten, zoals de bescherming van data en de organisatie van toezicht. Voor het opstellen van deze wegingsnotities was eerst twee jaar voorzien. Nu is besloten dat de wegingsnotities nog dit jaar moeten worden afgerond. Zonder afgeronde wegingsnotitie wordt geen ongeëvalueerde informatie gedeeld. Toezichthouder CTIVD wordt gevraagd hierop toe te zien en te rapporteren aan Tweede Kamer.

Bijzondere bevoegdheden

Er wordt een beleidsregel opgesteld die vastlegt dat de inzet van de bevoegdheden door de diensten zo gericht mogelijk dient te zijn. Daarbij wordt een eventuele inbreuk op de grondrechten van derden nadrukkelijk meegewogen. Gerichtheid van de inzet wordt daarom binnen de wettelijke eis van proportionaliteit beoordeeld en dient expliciet te worden beschreven in de aanvraag.

Aanpassing praktijk bewaartermijn drie jaar

Data verkregen uit OOG-interceptie op de kabel wordt niet langer automatisch drie jaar bewaard. Ieder jaar wordt beoordeeld of informatie bewaard moet blijven en moet de minister daarvoor toestemming verlenen. De jaarlijkse beoordeling kan niet leiden tot een langere totale bewaartermijn van drie jaar.
Naast deze beleidsregels verduidelijkt het kabinet drie waarborgen in de Wiv 2017 ten behoeve van de uitvoeringspraktijk. Zo schrijft het kabinet aan de Kamer dat het vrijwel uitgesloten is dat OOG-interceptie op de kabel de komende jaren wordt ingezet voor onderzoek naar communicatie met oorsprong en bestemming in Nederland (met uitzondering van onderzoek in het kader van cyber defence, omdat bij digitale aanvallen misbruik wordt gemaakt van de Nederlandse digitale infrastructuur). Ook benoemt het kabinet daarnaast expliciet het borgen van de omgang met medische gegevens en de bescherming van journalisten.