‘Doelen Energieakkoord binnen bereik’

Dankzij een nieuw maatregelenpakket komen alle doelen van het Energieakkoord toch nog binnen bereik. Dat staat in de ‘Uitvoeringsagenda 2018’ van de Borgingscommissie, die minister Wiebes (Economische Zaken en Klimaat) vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

Minister Wiebes: "Ik ben heel blij dat de doelen van het Energieakkoord weer binnen bereik komen. Dat hebben we ook wel nodig, want het Klimaatakkoord bouwt hier op voort. Alle inzet is nodig, want eenvoudig wordt het niet."

Het bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en de overheid hebben extra maatregelen afgesproken om de doelen voor hernieuwbare energie, energiebesparing en werkgelegenheid in 2020 te kunnen halen. Eind 2017 bleek al dat de andere doelen uit het Energieakkoord (energiebesparingstempo en hernieuwbare energie in 2023) op schema liggen. Door het nieuwe maatregelenpakket hebben de partijen er vertrouwen in dat, met maximale inzet van alle betrokken partijen, de doelen gehaald kunnen worden.

Extra inzet voor hernieuwbare energie in 2020

In 2023 zal het aandeel hernieuwbare energie naar verwachting toenemen tot 17,3%, waarmee het doel van 16% ruimschoots gehaald wordt. Het tussendoel van 14% in 2020 bleef in de laatste prognoses echter steken op 13%. Om het doel van 14% te halen, is het vooral belangrijk dat in 2020 6.000 MW wind op land wordt gerealiseerd, zoals de provincies met het Rijk hebben afgesproken. De partijen hebben nu toegezegd actiever met elkaar te gaan werken aan het wegnemen van belemmeringen bij concrete projecten. De Borgingscommissie, die toeziet op de uitvoering van het Energieakkoord, gaat de voortgang actiever monitoren, zodat sneller kan worden ingrepen als partijen onvoldoende voortgang boeken.

Behalve de versnelling van wind op land, is nog een aantal andere maatregelen afgesproken. Zo starten pilotprojecten voor ultradiepe geothermie en gaat het kabinet grond van de Rijksoverheid inzetten voor het opwekken van duurzame energie. Ook de aanpassingen die gedaan zijn in de SDE+ regeling leiden tot extra hernieuwbare energieproductie.

Energiebesparing bij bedrijven

Het afgelopen jaar zijn goede vorderingen gemaakt in energiebesparing in onder meer de energie-intensieve industrie en in de gebouwde omgeving. De energiebesparing door de Wet Milieubeheer valt echter nog tegen. Deze wet verplicht bedrijven besparingsmaatregelen te nemen als die zich binnen vijf jaar terugverdienen. De wet is onduidelijk voor bedrijven en lastig te handhaven voor inspecteurs. Daarom komt er een betere uitleg over de maatregelen en wordt handhaving gemakkelijker doordat bedrijven voortaan moeten melden welke maatregelen zij hebben genomen. Deze informatieplicht helpt inspecteurs om bedrijven die achterblijven gericht te controleren. Hoewel dit formeel pas in 2019 ingaat, is met het bedrijfsleven en gemeenten afgesproken nu al op deze manier te gaan werken. Hier wordt 3 miljoen euro voor vrijgemaakt.

Behalve het verbeteren van de Wet Milieubeheer, is nog een aantal andere maatregelen afgesproken. Zo komt het ministerie van BZK dit voorjaar met een aanpak voor energiebesparing in maatschappelijk vastgoed, zoals scholen en ziekenhuizen, en ontwikkelt het ministerie van LNV maatregelen voor extra energiebesparing in de glastuinbouw.

Meer installateurs nodig

Nu met de extra maatregelen alle doelen binnen bereik komen, kan ook het werkgelegenheidsdoel gehaald worden. In tegenstelling tot de situatie in 2013 toen het Energieakkoord werd gesloten, is op dit moment het creëren van banen niet de grootste uitdaging, maar de beschikbaarheid van gekwalificeerd personeel voor bedrijven. Dit speelt bijvoorbeeld in de installatiebranche. Daarom is minister Wiebes samen met de installatiebranche en de hernieuwbare energiesector in gesprek over het sluiten van een Green Deal om meer installateurs op te leiden om kleinschalige hernieuwbare warmte-opties te kunnen plaatsen.