Meedenken over ondergrondse hoogspanningsverbinding windpark op zee

Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) start samen met Tennet de procedure voor de ondergrondse hoogspanningsverbinding van het windpark Ten Noorden van de Waddeneilanden (TNW) op het hoogspanningsnet. Partijen worden uitgenodigd te participeren in de verdere uitwerking.

Tot en met 18 april 2019 kan worden gereageerd op het voornemen Net op zee Ten Noorden van de Waddeneilanden en het participatievoorstel. De meest kansrijke tracés worden na de zomer meegenomen in de onderzoeksfase.

Meer windenergie

In maart 2018 heeft het Kabinet de routekaart windenergie op zee 2030 vastgesteld. Hierin staat dat tussen 2024 en 2030 voor 7 gigawatt (GW) aan windparken op zee wordt gebouwd. De gezamenlijke capaciteit van deze windparken komt overeen met ruim anderhalf keer het jaarlijkse elektriciteitsverbruik van alle Nederlandse huishoudens. De elektriciteit die de windparken produceren, moet aan land worden gebracht.

Ook ten noorden van de Waddeneilanden is een windpark voorzien, in de nabijheid van het al in bedrijf zijnde Gemini-windmolenpark. Het windpark TNW (totaal 70 tot 100 windmolens) krijgt een vermogen van circa 700 megawatt. De aansluiting bestaat uit: een transformatorplatform op zee en een transformatorstation op land, met elkaar verbonden door een 220 kV-kabel. Omdat het gaat om een 220 kilovolt aansluiting, die geen direct onderdeel uitmaakt van het landelijk hoogspanningsnet, is gekozen voor een ondergrondse kabelverbinding. Vanwege de afstand tot de kust zijn er wellicht technische maatregelen op het kabeltracé nodig om de transportcapaciteit van de kabelverbinding ten volle te kunnen benutten.

Eerste verkenning

Vorig jaar is een eerste verkenning naar mogelijke kabeltracés uitgevoerd samen met regionale overheden, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Hieruit zijn drie mogelijke aansluitingen in Eemshaven, Vierverlaten (bij Groningen) en Burgum voortgekomen. Vanaf dit voorjaar zijn er werksessies met overheden en belangenorganisaties en voor de zomer van 2019 openbare inloopavonden. Het ministerie en TenneT verwerken alle resultaten in een concept Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD). Deze notitie ligt na de zomer 2019 ter inzage en vervolgens start een milieueffectenonderzoek. Op basis hiervan en een afweging van belangen kiest de minister een voorkeursalternatief. Dit wordt vastgelegd in een inpassingsplan en vormt de basis voor de vergunningaanvragen.