Internationale Biobased Economy partijen ontmoeten elkaar in Wageningen

Nationale en internationale partijen – actief in het brede werkveld van biobased economy – troffen elkaar onlangs in Wageningen tijdens GreenLab International. Via pitches, themasessies en profielposters konden de deelnemers op verschillende manieren in contact komen met interessante partijen uit de diverse sectoren.

De organisatoren van Greenlab Internationaal, bestaande uit Syntens Innovatiecentrum en Agentschap NL (verenigd in Enterprise Europe Network) en Wageningen UR, kijken tevreden terug. Met circa negentig deelnemers uit negen landen zijn aanleiding om serieus over een vervolg na te denken, bijvoorbeeld dit najaar in Parijs.

Internationaal

Voorafgaand aan de bijeenkomst, maakte Michael O’Donohue al een voorzetje voor Parijs. Als co-president van het biobased economy platform van Climate-KIC, de belangrijkste sponsor van deze GreenLab International, was hij blij met de opzet van het programma, de internationale belangstelling en de verschillende sectoren die door de deelnemers werden vertegenwoordigd.

"Een deel van het werk van Climate-KIC bestaat uit het bij elkaar brengen van partijen om discussies te voeden en innovaties te stimuleren”, aldus O’Donohue. "Ondernemers spelen daar een belangrijke rol in. Vandaar dat de inzet van Syntens belangrijk is: de innovatieadviseurs beschikken over een breed netwerk en weten hoe ze ondernemers onderling en met kennispartijen kunnen verbinden. Dat is precies waar het vandaag om gaat. Het zou mooi zijn als we GreenLab International in dit najaar een vervolg kunnen geven.”

Vertaalslag

 "De internationale setting maakt dat dit ook voor ons best spannend is”, stelde innovatieadviseur Monique Wekking vast. "Gek genoeg zijn niet de taal of cultuur een probleem, maar wel de vertaalslag van het ene vakgebied naar het andere en tussen producenten en onderzoekers. Daar kunnen wij gelukkig een rol in spelen.”

Inleidingen

De deelnemers kregen, na een inleiding over Climate-KIC door O’Donohue, een introductie in ‘Biorefinery Business Opportunities’ van professor Johan Sanders, verbonden aan Wageningen Universiteit. Hij concludeerde dat (kleinschalige) bioraffinage alleen maar in belang zal toenemen. "Door elke biomassa-component zo hoogwaardig mogelijk in te zetten, is concurrentie met kolen en gas zonder meer haalbaar. En gebruik de aanwezige moleculaire structuren voor voeding of chemische toepassingen, daarmee verhoog je de opbrengst en gebruik je alleen de laagwaardige componenten voor de energie-opwekking.”

Nederlandse voordelen

Eerder had Sanders al aangegeven dat Nederland unieke sterktes heeft voor biobased economy, gezien de ligging (zeehavens) en infrastructuur, de kennis van bioraffinage, de aanwezigheid van zowel akkerbouw als grote chemische industrie en – niet onbelangrijk – dat iedereen die er toe doet, elkaar weet te vinden. "En Nederland heeft een innovatief MKB dat snel en flexibel grote stappen kan maken. Kleine bedrijven kunnen vanuit hun eigen regio concurrerend werken door zich te verenigen. Ik verwacht dat tijdens GreenLab International dergelijke verbindingen gelegd worden.”

Verbindingen noodzakelijk

Ook de Nederlandse overheid was tijdens Greenlab International vertegenwoordigd. Karin Weustink, plaatsvervangend programmadirecteur Biobased Economy bij het ministerie van Economische Zaken, volgde het programma. "Het MKB zijn dragers van innovaties, maar er zijn wel goede verbindingen nodig. Bijvoorbeeld op de biobased platforms en met onderzoeksinstellingen en topsectoren. Daar kan GreenLab een aanzet toe geven.”

Interessante partijen

Voordat de deelnemers de kans kregen om binnen twee van de zes thema’s hun eigen vraag en aanbod te pitchen, werden de thema’s op het podium toegelicht. De belangstelling was groot, alle tafels waren meer dan bezet. Kees Joziasse, directeur Innovation Bioplastics bij Purac, was een van de thema-inleiders. "Als nummer 1 op het gebied van melkzuur zoeken we altijd partijen in de keten die ideeën voor applicaties of producten hebben, mits die tot voldoende volume leiden en tegen een prijs die de eindgebruiker wil betalen. Ik verwacht niet dat we vanmiddag tot een concreet resultaat zullen komen, maar er zijn hier ongetwijfeld interessante partijen aanwezig.”

Buiten het eigen netwerk

De open groepsdynamiek aan de thematafels heeft zijn eigen charme, constateerde innovatieadviseur Alain Dirven. "Juist bij het succesvol benutten van nieuwe marktkansen in de biobased economy is het noodzakelijk dat ondernemers uit verschillende sectoren elkaar weten te vinden. Maar zij hebben moeite om elkaar te vinden. Gewoonlijk organiseren we dergelijke ‘matching’bijeenkomsten met een-op-een gesprekken. Door deze groepsgewijze aanpak hebben bedrijven contacten opgedaan die buiten hun eigen gebruikelijke netwerk en buiten hun vakgebieden komen. Dat was precies de opzet.”

Profielen pitchen

Voorafgaand aan GreenLab hadden alle deelnemers hun vraag en/of aanbod op papier gezet. Samen met een polaroidfoto (voor de herkenbaarheid) werden de profielen overzichtelijk opgehangen. Op deze manier konden de aanwezigen bekijken of er interessante partijen waren die zij nog niet ontmoet hadden. Aanvullend waren er bedrijfsprofielen met een biobased vraag of aanbod uit het Enterprise Europe Network opgehangen.

Nu het echte werk

"De profielen zijn goed bekeken en er werd positief op gereageerd”, aldus Mylène Mesters van Agentschap NL. "Sommigen hebben via de profielen op de GreenLab website vooraf al contacten gelegd en tijdens GreenLab nadere afspraken gemaakt. Dat zijn wel de uitzonderingen. Voor de adviseurs die verbonden zijn aan het Enterprise Europe Network begint nu het echte werk. Wij gaan alle contacten opvolgen. Daar gaan zeker mooie zaken uit voortkomen.”