HydroCat maakt groene olie en gas uit gemengd afval

De HydroCat kan afvalstromen verwerken waar nog geen zinnige bestemming voor is en daar groene olie en gas van hoge kwaliteit van maken. Zo kan zowel CO2-uitstoot als het gebruik van fossiele brandstoffen worden verminderd. Van project naar project komt deze Zuid-Hollandse innovatie steeds dichterbij een oplossing met impact op wereldniveau.

Tags:

Obbotec-HydroCat heeft een derde generatie pyrolyse oplossing ontwikkeld, met een geïntegreerde hydrogeneringstap. Hiermee wordt een hoge kwaliteit vermarktbare brandstof ontwikkeld met een hoge calorische waarde.

Momenteel wordt voor pyrolyse een mono afvalstroom gebruikt die voornamelijk uit plastic of rubber bestaat. De ‘feedstock’ van HydroCat bestaat uit een mixed afvalstroom van biomateriaal verontreinigd met plastic. Denk bijvoorbeeld aan een tomatenplant die langs een plastic steeltje omhoog groeit, een banaan in een plastic zakje, koffie in een cupje of oceaanplastic met zeewier. Alleen al in Nederland wordt 4 miljoen ton van dit soort afval per jaar verbrand.

Gert Eilander, projectmanager bij Obbotec: “Non Recyclable Waste is een gigantisch grote afvalstroom die wordt gekenmerkt door grote hoeveelheden vervuilde en gemengde biomassa en plastics. We kunnen zo’n afvalstroom ontdoen van metalen, stenen en overtollig vocht zodat er zoveel mogelijk biomassa en plastics overblijven. Daarna maken we het afval klein zodat het in een HydroCat-fabriek past. Die is ongeveer zo groot als een container en zet het afval om in olie en gas door een slimme combinatie van meerdere chemische processen. De olie kan worden gebruikt voor bijvoorbeeld scheepsbrandstof of als basisproduct in de chemie om plastic producten van te maken zoals kleding, telefoons en verpakkingsmateriaal.

“De kleine units kun je daar plaatsen waar het afval is. Zo voorkom je dat je alsnog veel vervuilt doordat het afval verplaatst moet worden naar grote fabrieken. Eén unit kan 10.000 ton afval verwerken. Afhankelijk van de samenstelling wordt het afval omgezet naar ca. 4.000 m3 laagzwavelige, hoogwaardige brandstof en wordt er per jaar tot 24.000 ton aan CO2 gereduceerd.

Eilander: “Het realiseren van zo’n innovatie als deze vergt heel veel stappen, duurt lang en kost veel geld. Je hebt te maken met chemische processen en moet kunnen garanderen dat de oplossing robuust is. Deze moet veilig, werkend en van hoge stabiele kwaliteit zijn. Het verzamelen van die bewijslast kost jaren en miljoenen, terwijl het risico groot is. Dat is niet heel aantrekkelijk voor investeerders.”

Steun van de overheid

Peter Verschoor, gemeente Rotterdam: “Juist om die reden is het belangrijk dat partijen zoals de gemeente Rotterdam en InnovationQuarter samenwerken en kansrijke projecten stap voor stap verder helpen om zich te ontwikkelen. Je ontwikkelt niet alleen de technologie, maar ook de ‘investor readiness‘. Investeerders willen weten dat een investering economisch rendabel is. Steun vanuit de overheid is nodig om dit soort stappen te realiseren. Wij werken vanuit het Industry Transformers Platform als gemeente samen met de provincie Zuid-Holland, InnovationQuarter en het Havenbedrijf. We selecteren interessante initiatieven en helpen hun business case versterken door ze te verbinden aan nieuwe partners, subsidieregelingen en investeerders. Zelf leren we door betrokkenheid bij zo’n project ook goed wat er bijvoorbeeld in wet- en regelgeving of in ruimtelijke ordening moet veranderen om een innovatie verder te brengen.”

Eind vorig jaar ontving Hydrocat een subsidie van 1,7 miljoen euro vanuit Kansen voor West om in Plant One Rotterdam aan de bouw van een demonstratie-unit te werken. Deze moet in 2025 opgeleverd worden. Eilander: “We hebben al enkele locaties in de regio geïdentificeerd om units te vestigen als de boel werkt. Daarna is het een cyclus van investeringen ophalen en opschalen. We onderscheiden twee typen klanten: industrie geïnteresseerd in groene olie en gas en partijen die gemengd afval aanbieden zoals bijvoorbeeld gemeenten, tuinbouw of voedselproducenten.”

Verschoor: “Met een innovatie als deze kunnen we de positie van Zuid-Holland in de chemische recycling technologie versterken. De kennis die we hier opdoen, kunnen we exporteren over heel de wereld.” Eilander: “Onze ambitie is om duizenden installaties te bouwen ofwel tientallen miljoenen ton CO2 te besparen. Hiermee zouden we wereldwijd 1% van de klimaatuitstoot kunnen terugbrengen.”

Tags:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *