De kans dat bedrijven te maken krijgen met een brand is 1 op de 8.000, de kans op een inbraak is 1 op de 250 en de kans op een cyberaanval is 1 op de 5, stelde ABN Amro na een onderzoek naar cyberveiligheid bij 233 bedrijven in april van dit jaar. Hopperbrouwers Techniek, dat vorig jaar zelf werd gehackt, pleit voor een noodnummer voor gehackte bedrijven: 1-1-5. Directeur Henny de Haas schreef een boek over de ervaring.

In juli vorig jaar werd Hoppenbrouwers slachtoffer van een cyberaanval. In een gezamenlijke krachtinspanning konden de medewerkers voorkomen dat de activiteiten stil kwamen te liggen. Sindsdien zet De Haas zich in om bedrijven en organisaties bewust te maken van de enorme impact van een hack. Zo wees hij al eerder in een gezamenlijke brandbrief met VNO-NCW aan minister van Justitie en Veiligheid Dilan Yeṣilgöz-Zegerius op het belang van een snelle melding van actieve cybercriminelen in Nederland, zodat bedrijven extra alert kunnen zijn. Bovendien pleit hij voor een deltaplan voor ICT, waarmee de online veiligheid in Nederland op lange termijn gewaarborgd kan worden. De minister heeft hierop nog niet gereageerd.
Boek ‘Hack’
Uit angst voor reputatieschade treden de meeste bedrijven die worden gehackt er nauwelijks mee naar buiten. De Haas heeft echter juist bewust gekozen voor openheid. In het boek ‘Hack’ vertellen hij en zijn medewerkers over hun bijzondere strijd tegen de cyberaanval en de impact die de gebeurtenis heeft. Ook wordt nagenoeg van minuut tot minuut weergegeven wat zich op allerlei fronten bij Hoppenbrouwers afspeelde vanaf het moment dat de hack werd ontdekt, totdat het bedrijf na twee dagen weer live ging. Hoppenbrouwers vindt het belangrijk deze ervaringen breed te delen, om bedrijven bewust te maken van de impact van een cyberaanval. De Haas: “Naast bewustwording hoop ik dat dit boek de overheid meer inzicht geeft in de grote invloed van cybercriminaliteit op het bedrijfsleven. En dat het ertoe leidt dat er stappen worden gezet, zoals het 115-alarmnummer.”
Wereldwijde hack
De hack waar Hoppenbrouwers in juli 2021 mee te maken kreeg, was onderdeel van een wereldwijde aanval via het Amerikaanse softwareprogramma Kaseya. De Haas geeft aan: “We schrokken enorm toen de aanval ons overkwam op een willekeurige vrijdagmiddag, maar het gaf ons ook veel inzichten. Door de aanpak van de daders (Russische organisatie REvil) op wereldwijde schaal hadden we deze aanval niet kunnen voorkomen. Echter, door onze uitstekende informatiebeveiliging en de grote inzet van bijna 200 medewerkers met en zonder ICT-kennis, kregen we de gevolgen ervan wel in dat weekend onder controle. Hierdoor heeft ’t ons slechts 400.000 euro gekost, terwijl de schade van een dergelijke aanval vaak enorm is en een periode van drie weken in beslag neemt, daarnaast eisen cybercriminelen meestal 2% van de jaaromzet aan losgeld.”