
Je mag van PowNed vinden wat je vindt, maar de reportage’s die ze maken over beurzen (consument en ook wel vak) zijn doorgaans zeer hilarisch. Zo ook laatst die van een kampeerbeurs in Leeuwarden (nog net niet de grootste van Nederland), de Caravana. Een argeloze bezoekster werd gevraagd wat haar zo trok aan kamperen: “Niets”, was het (h)eerlijke antwoord. “Ik haat kamperen, maar het is hier zo gezellig, je bent weer eens onder de mensen”.
Aan die mevrouw op de Caravana -zullen we haar Annie noemen?- moest ik spontaan denken toen ik begin januari deelnam aan een persbijeenkomst bij de FHI over de WOTS, de ‘World of Technology & Science’, de technologiebeurs (wel de grootste van Nederland) waarin Het Instrument en IA&D bij elkaar zijn gekomen en waarin FHI en Feda eendrachtig samenwerken.
Wat mij opviel tijdens de presentaties, en wat struise Annie steeds maar weer op mijn netvlies bracht, was dat er door de organisatoren en in hun kielzog een hele rits exposanten heel veel effort wordt gestoken in het aantrekkelijk maken van de beurs: high-tech uitstraling, interactie met bezoekers, exciting technology en meer van dat soort pakkends en spannends. Een F-16, iets met ruimtevaart, voetballende robots, experience expedities, tochten om een gadget bij elkaar te sprokkelen. Mocht Annie dit stukje lezen, dan is ze zeker van de partij, van 30 september t/m 3 oktober, zeker als je ook weer voor een euro een broodje kroket kunt krijgen.
Wat ik mij in alle ernst afvraag is, of we met al dat leuks niet een beetje beginnen door te draven. Ik lees nieuwsbrieven die vooral gaan over bijeenkomsten van exposanten om een project in elkaar te draaien, een paviljoen op te tuigen. Die saamhorigheid en samenwerking is alleen maar te prijzen, maar pas op dat dit niet ten koste gaat van de exposure van de individuele exposant. Het gros van de bezoekers komt echt niet af op die F-16, maar wil gericht exposanten bezoeken omwille van het aanbod aan diensten en producten, contacten met de leverancier. Zorg er als exposant dan ook voor dat die bezoekers weten wat je ze gaat voorschotelen, en neem bijvoorbeeld de moeite om dat in vakbladen aan te kondigen. Wel eens gedacht aan het (laten) schrijven van een persbericht? Tien tot twintig procent van de exposanten doet dat, is de ervaring; de rest doet niets. Geen tijd is vaak het excuus. Onzin, want het kost nauwelijks tijd, vooral als je dat afzet tegen al die projectvergaderingen.
Nu gaan regelen die berichten. Wij plaatsen ze graag. Lekker saai voor Annie; blijft die tenminste thuis.