
Als een mobiele telefoon moest worden gebouwd met de technologie van de jaren ’60, zo legde de Twentse elektronicaprofessor Bram Nauta onlangs uit, dan zou hij zo hoog zijn als de Eiffeltoren. En om ‘m te voeden was een complete kerncentrale nodig. Hij had dat uitgerekend voor de bezoekers van het DE Event (“Ik ben tenslotte professor”) en die moesten wat meewarig gniffelen om die primitieve zestigers. Wat zijn we toch goed geworden, de afgelopen vijftig jaar.
Ik herinner me ook een uitzending van de fameuze Wondere Wereld van Chriet Titulaer – dat moet dus jaren ’80 zijn geweest. Toen waren we alweer een stapje verder. Chriet toonde een heuse mobiele telefoon – formaat wijnkistje en met antennespriet – en zei dat over afzienbare tijd iedereen zo’n ding zou hebben. Sterker nog: iedereen zou uiteindelijk een persoonlijke telefoon bezitten. Bij je geboorte krijg je een persoonlijk telefoonnummer toegewezen en dat hoef je pas weer in te leveren als je voor Zijn troon staat. Dat laatste heb ik nog niet kunnen checken, maar voor het overige sloeg Chriet, zoals vaker, de spijker op zijn kop.
Het televisieprogramma Koefnoen liet Simon Carmiggelt op zijn honderdste verjaardag nog een keer terugkomen op aarde. Nog eenmaal mocht hij een Amsterdams kroniekje spreken. Hij observeerde dat er in de stad niet zoveel was veranderd, maar dat alle voorbijgangers wel voortdurend met een rekenapparaatje bezig waren… Zo snel gaat het. Carmiggelt heeft nooit meegemaakt dat je met een rekenapparaatje kunt telefoneren, filmen, navigeren, gamen – ga maar door. En dat je in café of restaurant niet meer gewoon praat met elkaar en met het bedienend personeel, maar communiceert via de smartphone. Connected heet dat. Een paar jaar geleden zat ik op een Amerikaans vliegveld in een restaurant waar op elke tafel een tablet stond, met de vrolijk geïllustreerde menukaart – ze zullen er in ons land ook wel zijn. Klik de gewenste gerechten aan, haal je creditcard door de gleuf en "you’re all set, sir". Connected!
Gelukkig verandert niet alles in zo’n explosief tempo als de elektronica. Want stel je voor dat je net als Carmiggelt er een paar jaartjes tussenuit zou zijn geweest. En dat, als je terugkomt, de Eiffeltoren geheel volgens Moore zou zijn gekrompen tot het formaat van een mobieltje… Wel connected natuurlijk, in een internet van tientallen miljarden dingen.
Henk de Vries
Ik bedenk me trouwens net dat zulke Eiffeltorentjes in Parijs al gewoon te koop zijn. Net zoals Arcjes de Triomphe en Sacré Coeurtjes…