De volgende generatie draadloze netwerken, 5G, wordt naar verwachting in 2020 commercieel uitgerold. Het gaat hierbij om de eerste fase, met relatief lage frequenties, die net iets sneller is dan 4G. Maar: hoe hoger de frequentie, hoe meer data je kunt versturen. Daarom wordt ook toegewerkt naar een vorm van 5G die bij veel hogere frequenties werkt – 26 GHz om precies te zijn. Dan gaat de capaciteit gelijk een factor honderd omhoog, en dat is nodig voor bijvoorbeeld zelfrijdende auto’s.
De enorme toename van de datasnelheid in 5G vereist dat k de draadloze verbindingen tussen basisstations een enorme capaciteit hebben. Vandaar dat hiervoor nog hogere frequenties zullen worden gebruikt, van 80 GHz. "Het probleem bij het versturen van signalen bij deze hoge frequenties is dat ze alleen op zeer korte afstand sterk genoeg zijn", zegt Bart Smolders, hoogleraar telecommunicatie aan de TU Eindhoven.
Aan de TU Eindhoven wordt daarom al een aantal jaar gewerkt aan antennes die signalen bij deze hoge frequenties – en nog hoger, voor bijvoorbeeld 6G – over langere afstand mogelijk maken. De technologie maakt gebruik van een reeks elektronisch gekoppelde antennes, die de radiobundels elektronisch in de juiste richting sturen, gecombineerd met een schotelantenne die de energy focust en de afstand vergroot. Die technologie is binnen TU/e-spin-off MaxWaves verder ontwikkeld tot een demonstrator, de eerste stap naar een prototype.
"De antennes bundelen meerdere radiogolven tot een zeer smal, sterke radiosignaal, vergelijkbaar met een laserbundel", zegt Ronis Maximidis, TU/e-promovendus en medeoprichter van MaxWaves. Daardoor is volgens Maximidis een honderd keer zo grote signaalsterkte mogelijk, waardoor op een zonnige dag een vijf keer grotere afstand kan worden gehaald dan met de huidige technieken.
De zeer hoogfrequente signalen vereisen dat de verzendende en ontvangende antennes precies goed naar elkaar gericht zijn, onder alle weersomstandigheden. Maximidis: "Ons systeem lijnt de antennebundels elektronisch uit, waardoor de schotels die de antennes bevatten niet mechanisch hoeven te bewegen."
Onlangs is het systeem voor het eerst in de praktijk getest. Vanaf het dak op twee gebouwen op de campus van de TU Eindhoven is met de antennes succesvol een verbinding opgezet, over ongeveer 500 meter. "Met deze test hebben we laten zien dat ons concept buiten het lab werkt. De volgende stap is nu om een prototype te bouwen. Ons doel is om de hele wereld te voorzien van 5G en 6G, zelfs in de meest afgelegen gebieden", aldus Maximidis.
De beroemde humanoïde robot Atlas is met pensioen gegaan. De hydraulische versie tenminste, want zijn…
Er komt geld voor vier jaar onderzoek door promovendi op het gebied van biotechnologie en…
De massaproductie van siliciumchips vindt plaats in foundries. Volgens KU Leuven en imec is dit…
Pacemakers, defibrillatoren, radartechnologie en elektrische voertuigen hebben allemaal condensatoren nodig. Deze elektrische componenten moeten veel…
Het verstandshuwelijk van fiets en trein. Daarover gaat het promotieonderzoek van de 70-jarige Jan Ploeger.…
Heilind Electronics Europe wil zijn aanwezigheid in West-Europa uitbreiden. De verdeler van elektromechanische componenten, verbindings-…