Vraag over zelfontwikkelde montage– en testapparatuur

Wat zijn de eisen/voorschriften met betrekking tot zelf-ontwikkelde montage- en testapparatuur en/of hulpmiddelen?

En in hoeverre heeft het ontbreken van een CE-markering op deze apparatuur invloed op de uiteindelijke CE-certificering van het eindproduct? 
Wanneer is een product een deelproduct van een totale machine en wanneer is het een zelfstandig product met noodzaak van eigen CE-verklaring? En wat kan een producent aanleveren aan de systeembouwer met betrekking tot de CE-verklaring (CE-markering op een deelproduct is toch niet mogelijk?)?

Antwoord: 

Uit uw vraag maken we op dat de montage en testapparatuur wordt opgebouwd met apparatuur geleverd door derden en dat uw bedrijf deze montage- en testapparatuur doorverkoopt aan uw klant. Indien de uiteindelijke configuratie van de testapparatuur voldoet aan een van de definities voor “machine”, dient de CE-markering te volgen op basis (in ieder geval) de Machinerichtlijn en de EMC-Richtlijn. De vraag of zelfstandige aangekochte deelproducten zelf een CE-markering moeten dragen is afhankelijk van het type component. Losse pneumatiek of hydrauliek kleppen, cilinders en vaten zijn uitgesloten van de Machinerichtlijn, maar zouden wel op basis van andere EU Richtlijnen CE-gemarkeerd kunnen zijn. 
Een elektrische klep met een spanning boven 50VAC of 75VDC dient te wordt CE- gemarkeerd op basis van de Laagspanningsrichtlijn. Met andere woorden: de fabrikant van deze elektrische klep moet in staat zijn bij de klep een EG-Verklaring van overeenstemming conform de richtlijn 2006/95/EG te leveren (officieel hoeft deze verklaring niet te worden meegeleverd, maar moet wel bij de fabrikant zijn op te vragen. Vaak wordt deze echter wel meegeleverd). Daarnaast moet een gebruiksaanwijzing in één van de officiële talen van de EU aanwezig zijn. 
 
N.B.: Door de ‘speciale’ implementatie van de Laagspanningsrichtlijn in Nederland in combinatie met de algemene richtlijn productaansprakelijkheid geldt dat de gebruiksaanwijzing in het Nederlands dient te zijn. 
N.B.: De nieuwe versie van de Laagspanningsrichtlijn 2014/35/EU is op dit punt gewijzigd en eist dat de taal van de gebruiksaanwijzing moet zijn in de taal (of talen) die de lidstaat vereist. 
Levering van de EG-VVO en gebruiksaanwijzing in de taal van het land van levering is sowieso verplicht voor producten die vallen onder de Machinerichtlijn en de ATEX Richtlijn.
Beantwoord door Fusacon BV, Fusacon Functional Safety Consultants Nederland.