Veiligheid als verkoopargument voor machinebouwers

Onder andere door de Machinerichtlijn is de veiligheid in de industrie de laatste decennia sterk verbeterd. Toch kan het allemaal nog beter. Machinebouwers kunnen Safety zelfs als een extra USP inzetten, als ze de meerwaarde van duurdere systemen inzichtelijk maken. Ook het koppelen van machines tot onbemand werkende cellen vraagt om nieuwe oplossingen

Safety is een van de thema’s waar de deelnemers van IA&D 2012 zowel op hun stands als in masterclasses aandacht aan schenken. Een terechte keuze, vindt Anton Vroegindeweij, general manager motors and drives ABB Nederland, want als engineers ergens een rol in spelen is het wel in machineveiligheid .

"Drivesystemen moeten ingebouwde safety features bieden. Je moet safety vanaf het begin meenemen in het denkproces over een machine."

Oog voor de omgeving

En daarbij moet je oog houden voor de omgeving waarin de machine wordt gebruikt. Veilig ontwerpen is stap één, risico’s afdekken stap twee, stickers met waarschuwingen plakken stap drie. Maar er is méér nodig, vindt Maarten Braadbaart, productmanager bij Sick, dat onder andere sensortechnologie voor de machinebouw levert. "Je moet ook naar de omgeving kijken van de machine. Eindgebruikers zien CE-markering te vaak als een keurmerk en zetten vervolgens een uitzendkracht achter de machine." Hoewel hier een grijs gebied ligt, hebben zowel machineleverancier als ook de eindgebruiker zeker hun verantwoordelijkheid op dit punt.

De Arbo-wet schrijft heel nadrukkelijk voor dat de eindgebruiker verantwoordelijk is voor het juiste gebruik van de machine, maar tegelijkertijd blijft het de taak van de machineleverancier om als de omgeving dat vraagt, additionele veiligheidsmaatregelen te nemen.

Communicatie tussen machines

De vergaande automatisering in de industrie zorgt voor een nieuwe dimensie als het om veiligheid gaat. Machines worden aan elkaar gekoppeld, doen manloos hun werk, maar af en toe moet de operator ingrijpen.

Hoe regel je dan de veiligheid van zo’n totale installatie? Edwin Slot van IFM Electronic, producent van sensoren voor de machinebouw, merkt dat dit in toenemende mate een discussiepunt bij machinebouwers wordt. Het probleem is dat machinebouwers verschillende bussystemen gebruiken en iedere machine zijn eigen noodstopprotocol heeft. "De belemmering zit in de verschillende lagen van de besturingssystemen, die niet goed met elkaar communiceren."

Slot denkt daarom dat het tijd wordt voor meer transparantie. IFM gebruikt steeds vaker componenten die voorzien zijn van de AS-interface Safety at Work, een internationale open standaard. "De bekabeling is eenvoudig, het is ongevoelig voor externe signalen en je kunt met diverse bussystemen communiceren. De gebruiker houdt tevens keuzevrijheid omdat AS-i door verschillende partijen wordt ondersteund." Deze open standaard levert doorgaans ook een kostenbesparing op in de ontwikkeling en montage. AS-i safety at work systemen voldoen aan de EN 954-1 categorie 4 norm.

Edwin Slot vult aan dat in de AS-i vereniging momenteel een heel nieuw safetyconcept wordt ontwikkeld dat communiceert met alle andere bussystemen en juist voor de benodigde transparantie gaat zorgen.

De rol van de bediener

Veiligheid kun je voor een groot deel met hardware en software regelen, maar uiteindelijk blijft de mens een beslissende rol spelen. En menig bediener wil voor zijn eigen gemak of voor de baas zijn productiviteit de veiligheidssystemen nog wel eens omzeilen .

Staat de drang naar zo hoog mogelijke productiviteit op gespannen voet met maximale veiligheid? Maarten Braadbaart denkt dat dit niet het geval hoeft te zijn, mits je de machineveiligheid vanaf het begin meeneemt in het ontwerp van een machine of installatie. "Veiligheid technisch moeten wij eigenlijk vanaf het begin meedenken over het ontwerp van een machine. Nu komt veiligheid vaak pas laat aan bod en dan zit het de gebruiker in de weg. Hadden we vanaf het begin mee kunnen denken, dan waren we wellicht tot andere oplossingen gekomen." Hij denkt dat machinebouwers hier een kans laten liggen om hun concurrentiepositie te verbeteren..

Veiligheid is nu een kostenpost, maar het kan anders. Nieuwe oplossingen zoals dynamisch veldschakelen, of een lichtscherm dat herkent als een mens weggaat van de machine en deze dan start, zijn weliswaar duurder in de aanschaf maar ze verhogen het gebruiksgemak en daardoor de productiviteit.

"Veiligheid kan ook geld opbrengen voor de eindgebruiker. Een robot met een hek erom heen is een veilige machine. Maar een vlakbewaking is functioneler omdat je niet meer op de resetknop hoeft te drukken." Om gebruikers daarvan te overtuigen, heb je kennis en overredingskracht nodig.

Maarten Braadhaart zit daarom graag eerder aan tafel bij de machinebouwers, die functionele veiligheid als een optie zouden moeten aanbieden, boven op de standaard veiligheid.

Combineer systemen

De afgelopen jaren zijn bij veel projecten hekwerken vervangen door lichtschermen; de laatste tijd zie je scanners en soortgelijke systemen op de werkvloer opdoemen. De eindgebruikers willen maximale toegankelijkheid van een machine combineren met veiligheid en een minimaal ruimtebeslag .

Edwin Slot gelooft niet in dé beste oplossing. "Een zelfstandig werkend safety gerelateerd camerasysteem heeft ook zijn beperkingen. Je moet daarom een combinatie van systemen maken", meent hij. Veiligheidssystemen moeten in zijn ogen eenvoudig aan te brengen zijn en gemakkelijk te gebruiken door de bediener.

Ook Maarten Braadbaart denkt dat dit laatste aspect meer aandacht verdient. De interactie mens-machine of mens-robot blijft onderbelicht. Deze interactie bepaalt echter welke beveiliging je kiest: een fysieke barrière in de vorm van een hek of een interactieve in de vorm van een bewegingsgestuurde sensor? "Bij een kantbank is een lichtscherm een interessante optie, omdat de bediener altijd weer bij de machine moet. Een robot daarentegen is bedoeld om manloos te werken. Dan is een hek als fysieke barrière heel mooi."