Van wearables tot internet of things

Zeven actuele seminars tijdens Electronics & Automation. Tijdens de beurs worden als gebruikelijk verschillende seminars gehouden die ingaan op de huidige ontwikkelingen in de markt. Het gevarieerde conferentieprogramma omvat zeven specifieke technologische seminars die inspelen op trends binnen de industriële elektronica.

De seminars duren een halve dag, zodat deelnemers ook tijd hebben voor een bezoek aan de beursvloer. Een uitgebreid seminarprogramma plus registratieformulier is te vinden op http://eabeurs.nl

  • Dinsdagochtend 2 juni

Tomorrow’s Electronics

Elk jaar organiseert de FHI-branche Industriële Elektronica, met wisselende partners, een seminar dat inmiddels spraakmakend is geworden. Het ene jaar gebeurt dat tijdens de brede technologiebeurs, voorheen Het Instrument en sinds 2014 World of Technology & Science, WoTS, en het andere jaar, dichter bij de bron, tijdens ‘Electronics & Automation.’ Lees hier meer over Tomorrow’s Electronics

Reliability van wearable electronics

Het seminar ‘Reliability van wearable electronics’ wordt georganiseerd door Plot (platform omgevingstechnologie) en richt zich op het testen en de betrouwbaarheid van wearable elektronica. Dergelijke elektronica wordt gemaakt om altijd te kunnen dragen en dat brengt uitdagingen met zich mee. De elektronica moet klein zijn, tegen temperatuurschommelingen kunnen en bestand zijn tegen trillingen en (lichaams)vocht. Tijdens het seminar geven diverse OEM´ers en onderzoeksinstellingen hun tips en trucs over het testen en optimaliseren van de betrouwbaarheid.

Na de opening door dagvoorzitter Erik Veninga legt Harry Roossien van Plantronics uit wat de betekenis is van reliability voor draagbare apparaten: wat is het verschil met kwaliteit, wat zijn de invloedsfactoren, welke testfilosofieën gaan we gebruiken, welke testen gaan we uitvoeren, welke modellen gaan we toepassen en vooral hoe houden we de klant tevreden? Zowel vanuit het betrouwbaarheidsperspectief van de Europese Confederatie voor Environmental Engineering Sciences (CEEES), als het praktijkperspectief van een commercieel bedrijf (Plantronics) laat hij deze aspecten in de breedste zin van het woord de revue passeren en daarmee een brede basis leggen voor de andere lezingen van dit seminar.

Tijdens het ontwerpproces van wearables moet aandacht worden besteed aan diverse factoren die de betrouwbaarheid beïnvloeden, zoals veiligheid, vermogensverbruik en esthetiek. YC Chen en Christine Toh van CSR gaan in op deze factoren en op de benadering van de componentenleverancier met betrekking tot de trends op het gebied van connectiviteit.

Wearables stellen ook hoge eisen aan de mechanische stabiliteit van de constructie. Kees Revenberg van Maser Engineering gaat vooral in op de bestaande en nieuwe mechanische testtechnieken die de robuustheid van draagbare elektronica moeten aantonen en verbeteren. Vallen, schokken, trillen, buigen, rollen en slingeren zijn voorbeelden van testen waaraan deze producten worden blootgesteld.

Davy Pissoort  van de KU Leuven belicht de specifieke vereisten die een CE-certificatie van wearable elektronica met zich meebrengt. Na een algemeen overzicht van wat CE-certificatie inhoudt beschouwt hij de EMC-, R&TTE- (RED) en LVD-richtlijnen. Ook vereisten met betrekking tot gezondheidsaspecten ten gevolge van draadloze communicatie komen aan bod. Daarbij geeft hij telkens aan hoe de, soms abstracte, eisen kunnen worden omgezet in een concreet testplan.
 

Jörn Brembach van SGS Intron geeft een gedetailleerde introductie tot het terrein van chemische compliantie in Europa en de VS. Hij bekijkt die compliantie vanuit vier verschillende perspectieven: een wearable met huidcontact, een specifiek materiaal of specifieke toepassing, een elektrisch of elektronisch product en een voltooid consumentenartikel.

  • Dinsdagmiddagmiddag 2 juni

Wearable Electronics

Tijdens dit seminar presenteren de kledingindustrie, modeontwerpers en de elektronicabranche hun visie op het gebruik van elektronica in een outfit. Lees hier meer over dit seminar..

  • Woensdagochtend 3 juni

Vergaren en handling van big data

Big Data is een veelomvattend begrip. Hoe maak je bijvoorbeeld van big data relevante informatie, welke technologieën komen erbij kijken? Dagvoorzitter Coen Sanderink (BOM) geeft als eerste het woord aan Aaron Edgcumbe van National Instruments. "Met de opkomst van het Internet of Things," stelt Edgcumbe, "en de dalende kosten van sensoren en hogere sample- en datarates wordt het probleem van big data in snel tempo urgenter. Het engineeringteam dat de beste oplossing vindt voor het beheren van deze gegevens en de infrastructuur, plus de datamining en het analyseren van grote datasets, kan hiermee veel winnen."

De verschillende vormen van big data vragen om specifieke platformen om data efficiënt te verwerken. Grote datastromen met eenvoudige bewerkingen kunnen op een FPGA-platform worden verwerkt terwijl kleine datastromen waarop complexe bewerkingen nodig zijn beter op een GPU- of CPU-platform tot hun recht komen. Aan de hand van een astronomische applicatie licht Gijs Schoonderbeek van Astron toe hoe binnen één instrument diverse platforms worden toegepast. In Lofar wordt de datastroom van 10 Tbps eerst in een FPGA-gebaseerd platform gereduceerd tot 120 Gbps. Via een GPU-cluster wordt de informatie naar een CPU-cluster gestuurd om een hemelkaart te kunnen maken.

Interactieve visualisatie maakt het mogelijk om inzicht te verkrijgen in zulke grote hoeveelheden gegevens. Het menselijk visueel systeem is in staat om in afbeeldingen snel patronen en verbanden te ontdekken. Door middel van interactie kan de gebruiker navigeren in de gegevens, op zoek naar relevante informatie. Professor Jack van Wijk (TU Eindhoven) geeft een overzicht van mogelijkheden en beperkingen van visualisatie, geïllustreerd met voorbeelden van onderzoek van de visualisatiegroep van de TU Eindhoven. Uitdagingen zijn het verkrijgen van inzicht in grote netwerken en tabellen, voor een scala van toepassingen, zoals telecommunicatie, software-analyse, transport en gezondheidszorg.

Het seminar wordt afgesloten met twee praktijkvoorbeelden. Paul van Kempen (Kec)  bespreekt het in 2014 afgeronde World Class Windturbine Maintenance (WCWM) project, waarvan de resultaten de verwachtingen overtroffen. Bundeling van Nederlandse kennis en kunde op het gebied van onderhoud heeft z’n vruchten afgeworpen in de vorm van een Dynamic Asset Information System (Daisy) waarmee op integrale wijze operatie en onderhoud van windturbines kan worden geoptimaliseerd.

Tot voorheen konden windturbine-eigenaren slechts zeer beperkt data krijgen over de eigen turbines. Het Nederlandse consortium heeft daarom besloten een onafhankelijke capability te ontwikkelen waarmee de status van willekeurige turbines van willekeurige eigenaren op afstand kan worden gemonitord. Dankzij koppeling met een geavanceerd maintenance en asset management systeem kunnen op basis van bewerkte data ook monteurs worden aangestuurd. Ook kunnen deze monteurs relevante data weer terugsturen naar een control room. Door turbine- en onderhoudsdata te combineren met gegevens over wind- en weervoorspellingen en de actuele energieprijs kunnen operatie en onderhoud worden geoptimaliseerd op korte termijn alsook over de gehele lifecycle.

Het andere praktijkvoorbeeld wordt gepresenteerd door Pierre van der Stokker (Sioux) en Sander van de Aa (Prime Data) en betreft spookfiles op de A58. 30 tot 40% van de files is daar een spookfile, die ontstaat doordat mensen plotseling remmen. Bij het project ‘Spookfiles A58′ werken bedrijven, overheid en kennisinstellingen samen aan spookfile-apps, gebaseerd op innovatieve big data. De app signaleert snelheid en remgedrag van voorgangers. Op basis daarvan geeft de app continu snelheidsadvies in je auto. Het systeem zorgt ervoor dat je sneller kunt anticiperen in het verkeer en zo gelijkmatiger kunt rijden. De data hiervoor komen uit wegkantsystemen (inductielussen, matrixborden) en uit smartphones en in-car systemen. Deze data worden op het platform gecombineerd en verrijkt tot betrouwbare verkeersbeelden met betrekking tot snelheden, doorstroming en toekomstige ontwikkeling van het verkeersbeeld. Hierbij gaat het om data uit duizenden sensoren die per minuut geaggregeerd worden tot verkeersbeeld en voorspelling. Deze verkeersbeelden worden verwerkt tot adviezen die via smartphones aan de individuele gebruikers worden gecommuniceerd. De gebruiker krijgt een advies dat voor zijn locatie op dat moment het meest passend is om spookfiles te voorkomen of op te lossen. Dit systeem is in labsituatie op de A270 getest, waarna nu een praktijksituatie op de A58 wordt uitgevoerd. Doelstelling: landelijke en Europese uitrol.

Electronics & Productontwikkeling

Steeds meer bedrijven willen een deel elektronica in hun (eind)product. Quantified Self, Internet of Things, Smart Products  zijn enkele ‘hype’-termen die dezelfde trend illustreren. De werelden van de klassieke mechanica en elektronica komen samen omdat de markt vraagt om communicerende en adaptieve producten.

Hoe ga je van een idee naar een smart product? Hoe ziet de keten eruit? Hoe ga je van een idee naar een concept? Hoe beheers je de kostprijs? Hoe bepaal je de optimale bediening? Hoe bescherm je het product tegen namaak? Wat ontwikkel je zelf en/of besteed je uit? Dat zijn de onderwerpen van dit seminar.

Iedereen voelt aan dat de huidige ‘connected’ technologieën op een of andere manier uniek zijn in de geschiedenis van de mensheid, stelt Jeroen Verbrugge van Flex/The Innovationlab. Dat unieke karakter schuilt hem niet alleen in de economische potentie en impact of in de exponentiële snelheid waarmee zij voortraast. Het unieke zit hem ook in de manier waarop we betekenis (moeten) geven aan technologie. We denken dat we door connected technologieën de wereld ook beter gaan zien. Maar technologie creëert ook afstand en dus mist, waardoor we meer moeten gissen, interpreteren en veronderstellen. Hoe werkt het nu echt, wat doet het voor mij?

De belofte van techniek was en is dat het de boel objectiveert, maar in feite maakt het de wereld steeds subjectiever. Het gevolg is dat wij, om het te begrijpen, ook steeds afhankelijker worden van verhalen die wijzelf en anderen erover vertellen. Technologie zorgt ervoor dat we de werkelijkheid steeds meer op een indirecte manier leren kennen. Dat ‘leren kennen’ wordt ontsloten door het design van het artefact en de ‘interface’. Deze indirecte manier moet bedacht en ontworpen worden. Dat is hét domein van de industrieel ontwerper.

Aan de hand van een concreet voorbeeld beschrijft Sjoerd Postma (Demcon) het proces van een idee naar een (technisch) haalbaar product. Een leverancier van apparaten en instrumenten voor oogchirurgie stond voor de ontwikkeling van een nieuw operatiesysteem. De wens was om een moderner oogoperatiesysteem te ontwikkelen met meer functionaliteiten en een meer hedendaagse ‘look en feel’ dan hun huidige systeem. Daarnaast was het cruciaal voor het succes, dat er een goedkopere disposable zou komen. Deze disposable vormt samen met het systeem een vacuümpomp. Hiervoor heeft  Demcon een nieuw concept van een rimpelloze kleppenpomp ontwikkeld. Speciale aandacht was er voor de bediening via een touchscreen in combinatie met een pedaal dat alle functionaliteit, waaronder de pomp, kan aansturen. De uitdaging was om de chirurg een eenvoudige, gebruiksvriendelijke bediening van de verschillende modules te bieden. Daarvoor werkte Demcon nauw samen met ontwerpbureau D’Andrea & Evers. Dat ontwerpbureau was verantwoordelijk voor het design van het apparaat en de gebruikersinterface. Demcon verzorgde alle functionaliteit en de techniek achter de knoppen.

In een tijd waarin het voornamelijk lijkt te gaan over microcontrollers, microprocessoren, connected ecosystems en smart wearables, wordt (op de hype rond de nieuwe Apple Gold Watch na) de elektronica behuizing zo’n beetje voor lief genomen. Aan de hand van voorbeelden laat Bas Berkhout van GBO Projects zien hoe een slimme behuizing juist een essentiële rol kan spelen in de optimale gebruikservaring van een elektronicaproduct. Om er op die manier een echt ‘connected product’ van te maken.

Dank zij connected producten zullen steeds meer ‘connected relationships’ ontstaan tussen mensen en producten waarbij technologie de enabler is en design ervoor dient te zorgen dat de beleving waardevol, oprecht en functioneel is. Een goede bediening met gebruiksvriendelijke interface is een integraal onderdeel van het ontwerpproces. Tegelijkertijd spelen er concrete vragen: Wat er komt kijken bij een app ontwikkeling? Hoe kan de gebruikerservaring geoptimaliseerd worden? Hoe werkt het interactie ontwerp in de praktijk? Met voorbeelden van start-ups en multinationals gaat Gernot Kuenzel (We Are Perspective) in op de kansen en valkuilen van de ontwikkeling van de bediening voor een connected product.

Als dan eenmaal een goed product op de markt is verschenen, liggen namakers op de loer. Hoe voorkom je dat je product niet wordt nagemaakt, of dat er geen andere hardware op je software werkt? Een testplatform met certificaatverstrekking kan volgens Sander Kool van Engineering Spirit uitkomst bieden. Dit beschermt dan tegen copy-cats uit zowel de eigen regio als uit China.

NightBalance bedacht de Sleep Position Trainer maar ontwikkelt zelf geen software en elektronica. Dat werd volledig uit handen gegeven aan Topic. Eric van der Laak vanTopic Embedded Systems en Thijs van Oorschot van NightBalance vertellen hoe hun samenwerking resulteerde in het uiteindelijke product.

  • Donderdagochtend 4 juni

Internet of Things

De mogelijkheden om de meest uiteenlopende producten aan het internet te koppelen groeien snel. Dit seminar gaat in op de businesskansen die ontstaan door het verbinden van alledaagse en soms verrassende producten met het internet en de verschillende mogelijkheden om de connectie tot stand te brengen.

Herman Tuininga van Salland Electronics opent het seminar met een praktische kijk op de ontwikkelingen van het ‘internet der dingen’. Wat is er gaande, wat is er allemaal mogelijk en welke toekomstbestendige keuzes moet je maken? Waaraan moet je denken en wat zijn de kosten om een business case rond te krijgen?

IoT komt voor iedere consument, retailer, mantelzorger, detaillist of ieder museum letterlijk binnen handbereik. Voor communicatie op korte afstand zijn diverse technologieën toepasbaar – klassieke zoals RFID of recentere technologieën als NFC en BT Smart. Michael Hoonakker, Dog Back Design Solutions licht de technische mogelijkheden en toepassingsgebieden in hoofdlijnen toe. Ook presenteert hij een aantal praktijkvoorbeelden en hun achtergronden.

Connectiviteit en meer specifiek draadloze communicatie maakt een (r)evolutie door die terugkoppeling van industriële processen en gegevens overal mogelijk maakt. Hierdoor stijgt ons inzicht over de lopende processen, ontstaat real-time terugkoppeling en is de informatie overal aan te leveren en in te zien. Gevolg is procesoptimalisatie met hoger rendement, lagere servicekosten door voorspelbaar tekort of uitval. Afhankelijk van de toepassing komen gegevens beschikbaar als big data. Johan Bickel van AVE Added Value Electronics spreekt over Wireless Wide Area Netwerken (minimaal landelijk en vaak geografisch groter dekkende draadloze netwerken). Afhankelijk van de hoeveelheid data, frequentie van meldingen, stroomverbruik en kostenaspect wordt er voor een bepaald netwerk gekozen.

Hoeveel zicht hebben we nog op onze ‘digitale achterdeuren’? Door alles aan internet te koppelen, spelen gegevens een steeds grotere rol. Vraagstukken over veiligheid en beveiliging blijven continue aandacht vragen. Gelukkig valt er iets tegen te ondernemen. Willem de Boer van Technolution legt uit hoe we dat doen en bij wie die verantwoordelijkheid eigenlijk ligt.

Sensoren genereren veel data. Zoveel zelfs, dat het succes van IoT sterk wordt bepaald door de manier waarop we uit deze big data zinvolle en bruikbare informatie halen, die vervolgens teruggekoppeld wordt naar de gebruiker via actuatoren. Daarvoor zijn slimme algoritmes nodig en is een multidisciplinaire systeembrede aanpak een must. Roger Hacking (TMC Electronics) licht dat toe aan de hand van praktijkvoorbeelden.

Met de introductie van de smartphone en de tablet pc is onze maatschappij in een stroomversnelling geraakt. Informatie nemen we realtime en 24/7 tot ons. We willen voortdurend digitaal snacken. Iedereen is verslaafd aan informatie. En we staan nog maar aan het begin: Google Glass, Apple Watch, IBM’s Watson, 3D-printing, brain interfaces, cloud, social media, robots, kunstmatige intelligentie, wearable computing, DIY, crowdsourcing, collaborative economy, big data, Bitcoin, privacy en het Internet of Things. Zo maar wat voorbeelden van dingen die ons leven voorgoed veranderen. De technologische ontwikkelingen volgen elkaar nu zo snel op dat versnelde verandering nog de enige constante is. Science fiction is science fact geworden.

En als dit het heden is, hoe ziet dan onze toekomst eruit? Hoe hou je je als bedrijf staande in al dit digitale geweld? Wat is de impact van digitale technologie op mens, bedrijf en maatschappij? Vragen waarop Sander Duivestein van Sogeti in zijn presentatie ‘Reboot 2020′ in een razendsnel tempo antwoord geeft.

Wat kan er virtueel in de elektronicaketen? – Design for Excellence

Om belangrijke marktvragen op het gebied van bijvoorbeeld time to market, reliability en total cost of ownership het hoofd te kunnen bieden wordt samenwerken in de keten van cruciaal belang!

Het doel van dit seminar is om bezoekers tools aan te reiken om het elektronica-ontwerpproces te optimaliseren. Tijd en dus kosten besparen zonder in te leveren op de kwaliteit en betrouwbaarheid kan alleen door het proces te digitaliseren en virtueel voor te stellen.

De elektronicabranche legt uit hoe je al in een vroeg stadium de potentiële risico’s op het vlak van techniek en logistiek kunt identificeren. Hierdoor kan de ontwikkelaar onmiddellijk het juiste finale prototype bouwen. Zijn bedrijf bespaart daardoor geld maar vooral kostbare tijd waardoor men het product sneller op de markt kan brengen.

In het seminar volgen Variass, Eurocircuits TBP Electronics en Romex op een vloeiende wijze de productiecyclus in één doorlopende presentatie.

Stap 1: BOM validatie
De keuzes die tijdens het ontwikkelproces worden gemaakt, bepalen voor een substantieel deel de uiteindelijke total cost of ownership (onder andere productkwaliteit, betrouwbaarheid, logistieke performance, kostprijs en dergelijke). Variass demonstreert de door hen zelf ontwikkelde tools om al tijdens het ontwikkelproces de beste keuzes te kunnen maken en te valideren.

Stap 2: PCB validatie
Vertrek je van een wit blad, heb je een schema en een BOM of zelfs een volledige PCB-layout? Eurocircuits laat zien wat er in welk stadium mogelijk is met betrekking tot de definitie van de PCB, een DRC en DFM van de layout, allemaal virtueel online.

Stap 3: PCBA validatie
Op BOM-item niveau maakt TBP electronics hier keuzes ten aanzien van structurele testen en fabricatieprocessen. Ook hier wordt een virtuele omgeving gedemonstreerd om te kiezen voor de juiste technologie en processen inclusief DFM en test.

Stap 4: Behuizing validatie
Een product bestaat niet alleen uit een PCBA en een behuizing maar ook uit een verbindende factor, namelijk de interconnectie. Variass staat stil bij relevante IPC-richtlijnen (600, 610, 620 en 630) en laat de mogelijkheden van vooraf modelleren zien (bijvoorbeeld van de warmtehuishouding) met als doel: ‘right first time’.

Stap 5: BOM conversie
In deze stap wordt de conversie van de BOM naar ODB++ content getoond. Met deze content wordt de datacontainer gevuld en worden de componenten besteld. De BOM-conversie en -validatie vindt plaats op basis van compleetheid en artikelnummer van componenten in de breedste zin van het woord.

Stap 6: Test validatie / middelen
Om zeker te zijn van leverkwaliteit is het zinvol de geassembleerde print te testen met testtool en testfixture. Romex laat zien waar men bij het ontwerpen van de print op moet letten om deze goed testbaar te maken en hoe met de beschikbare CAD- en BOM-data virtueel (dus zonder geassembleerde print) een fixture kan worden ontworpen.

Stap 7: Bestellen PCB
De PCB-layout is nu klaar en ‘right first time’. Tijd om een finale DRC/DFM-controle te doen. En is er wel gedacht aan een klantpaneel ten behoeve van de bestukking en aan allerlei markeringen en dergelijke? Eurocircuits toont wat mogelijk is nog voordat op het bestelknopje wordt gedrukt.

Registratie

Registeren voor deelname aan de seminars kan via http://eabeurs.nl/. Hoewel deelname gratis is, wordt registratie nadrukkelijk gevraagd door de organisatie, om te kunnen komen tot een inschatting van de aantallen aanwezigen.