Nieuwe Machinerichtlijn stelt strengere eisen aan gekoppelde machines

In producerend Nederland worden regelmatig nieuwe productielijnen geplaatst of bestaande productielijnen ingrijpend aangepast. In dergelijke grote projecten ontstaat vaak onduidelijkheid over de noodzaak van de overkoepelende CE-markering en welke partij die gaat aanbrengen. De projectleider is druk bezig met het in juiste banen leiden van zijn project en ziet de CE-markering als bijkomende papieren exercitie en zeker niet als gemak. In dit artikel wordt CE-markeren van gekoppelde machines besproken en wordt de rol van een CE-coördinator toegelicht.

Op 29 december 2009 was dan eindelijk zover. De nieuwe Machinerichtlijn met nummer 2006/42/EG is sinds die datum van kracht. Alle nieuwe voltooide machines geleverd op Europees grondgebied dienen sindsdien te voldoen aan de essentiële veiligheids- en gezondheidseisen uit Bijlage I van deze Machinerichtlijn en te worden voorzien van een CE-markering. Deze verplichte CE-markering geldt ook voor de zogenaamde "samenstellen van machines". Samenstellen van machines bestaan uit twee of meer voltooide (IIA) en/of niet-voltooide machines (IIB) waarop de volgende aspecten van toepassing zijn: a) De machines moeten bijdragen tot een zelfde resultaat b) de machines zijn (naast elkaar) opgesteld c) de machines worden in samenhang bestuurd d) de machines functioneren als integraal geheel.

Het gaat daarbij om machines of machinedelen die zijn ontworpen om in combinatie te functioneren. Bijlage I art. 1.2.4.4. vereist dat deze zodanig zijn ontworpen en gebouwd dat de stopinrichtingen – met inbegrip van de noodstopinrichtingen – niet alleen de machine, maar tevens alle daarmee verbonden installaties kunnen stopzetten, indien het blijven functioneren daarvan gevaar kan opleveren. Een andere technische eis is opgenomen in Bijlage I art. 1.2.1 waar staat dat de veiligheidsgerelateerde elementen van het besturingssysteem op een coherente wijze moeten gelden voor een samenstel van machines en/of niet voltooide machines. Dit betekent dat de besturingstechnische veiligheidsfuncties en de veiligheidssystemen van de verschillende machines consistent (met ordelijke samenhang) dienen te functioneren. Voor elke veiligheidsfunctie van het samenstel van machines dient bovendien een zogenaamde "span of control" of besturingsbereik te worden bepaald en vastgelegd.

Is CE-markering op hele fabriek noodzakelijk?

Bij grote productiebedrijven is bij nieuwbouw van een productie- unit sprake van een zeer groot aantal machines die voldoen aan de definitie van "samenstellen van machines".

De vaak gestelde vraag is nu: moet de hele fabriek worden gezien als een groot samenstel van machines en als zodanig CE-gemarkeerd worden? Op 9 december 2009 is in Brussel tijdens de conferentie "Machinery in Europe" van de Europese Commissie een gids verschenen met een uitleg van de nieuwe Machinerichtlijn. Deze "Guide to application of Directive 2006/42/EC on machinery" is geplaatst op de officiële website www.newapproach.org en kan als PDF-file door iedereen gedownload worden. De Europese Commissie is van plan dit document te vertalen in alle officiële talen van de Europese unie. Op welke termijn de Nederlandse versie gereed komt is niet aangegeven. Deze gids geeft in § 38 (zie kader 1) duidelijk weer dat het niet de bedoeling is om een complete industriële plant als één samenstel van machines te zien. Dit maakt het mogelijk om de industriële plant op te delen in logische "CE-segmenten". Een CE-segment is bijvoorbeeld de productiesectie die meestal ook fysiek gescheiden is van de grondstoffen-ontvangstsectie.

Het CE-segment zelf kan bestaan uit samenstellen van machines en voltooide en niet-voltooide machines zoals weergegeven in afbeelding 1.

Bij twijfel is nationale overheid te raadplegen

In de praktijk komt het regelmatig voor dat een productiesectie wordt opgebouwd uit nieuwe en oude machines. De grote vraag is natuurlijk of er dan ook sprake is van een "nieuw" samenstel van machines en of daarmee alle eisen van de CE-markering van kracht zijn.

De gids geeft hier enkele handreikingen, maar dit blijft toch vaak een grijs gebied, waar de meningen nogal eens verschillen. De gids bevat wel het advies aan de samensteller (integrator) om zich bij twijfel te wenden tot de nationale overheid. Dit is in het geval van Nederland, de Directie Gezond en Veilig Werken van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Min. SZW). Hieronder is voorbeeld weergegeven van een bedrijf dat ook daadwerkelijk haar eigen praktijkcase aan de nationale overheid heeft voorgelegd.

Praktijkcase voorgelegd aan ministerie SZW

Een bedrijf in de voedings- en genotsmiddelenindustrie (bedrijf X) heeft een bedrijfshal staan waarin flessen worden afgevuld. De lijn is in 1990 gebouwd, dus net voor het van kracht worden van de eerste Machinerichtlijn in 1995. De mechanische vullersluiter heeft kuren en wordt vervangen door een bestaande elektronische vuller-sluiter (groen), die ook nog wat meer productie kan draaien. Deze nieuwere vuller-sluiter is al eerder gebruikt in bedrijf X en heeft bouwjaar 1994/1995, maar geen CE-markering. Daarnaast wordt een groot deel van de bestaande transportsystemen en van de andere machines in de lijn vervangen door nieuwe CE-gemarkeerde machines. De aanpassing wordt uitgevoerd in het jaar 2010 door een grote Europese machinebouwer (bedrijf Y). De situatie voor en na de aanpassing is weergegeven in respectievelijk afbeelding 2 en 3. Kijkend naar de verschillen tussen de oude en de nieuwe situatie valt duidelijk ook de verandering in de lay-out op.

Pas na afloop van het project bleek dat de machinebouwer en integrator (Bedrijf Y) geen overkoepelende CE-markering voor het vernieuwde deel van de productielijn wilde afgeven.

Bedrijf Y heeft het volledige ontwerp en de samenbouw verzorgd maar geeft alleen CE-markeringen en EG Verklaringen van overeenstemming voor de nieuw geleverde (deel-)machines (blauw). Bedrijf Y verklaarde dat de overheid in zijn eigen land een overkoepelende CE-markering bij gebruikmaking van bestaande machines niet noodzakelijk vindt. De grote vraag is nu: "Moet het compleet vernieuwde deel van de productielijn worden gezien als een nieuw samenstel van machines zoals bedoeld in artikel 2 van de nieuwe Machinerichtlijn 2006/42/EG?".

Gezien de handelswijze van de machinebouwer Bedrijf Y heef de eindgebruiker Bedrijf X deze vraag schriftelijk gesteld aan het Ministerie van SZW.

Antwoord nationale overheid op de praktijkcase

Het schriftelijke antwoord van het ministerie van Sociale Zaken, directeur Veiligheid en Gezondheid op bovengenoemde praktijkcase is als volgt: "In uw brief vraagt u mij om een interpretatie van de definitie van "samenstellen van machines" in verband met de vernieuwing van een productielijn. Bij het ontwerp van de nieuwe productielijn was het noodzakelijk om een risicoanalyse te maken.

Omdat alle risico’s afgedekt moeten zijn, maakt het geen verschil of er nieuwe of reeds bestaande machines of niet-voltooide machines worden gebruikt om de nieuwe productielijn samen te stellen. Er van uitgaand dat de werking van de elektronische vuller-sluiter afhangt van de andere delen van de productielijn luidt het antwoord op de vraag: JA. In dat geval is er een gemeenschappelijk besturingssysteem of de werking van de elektronische vuller-sluiter wordt bestuurd door de werking van het andere deel van de productielijn. Het maakt voor het certificatieproces geen verschil of de onderdelen waaruit de productielijn wordt opgebouwd, nieuwe machines, niet-voltooide machines of oude machines zijn." Uit bovenstaand antwoord van de Nederlandse overheid valt duidelijk te lezen dat de machinebouwer/integrator Bedrijf Y toch een overkoepelende CE-markering voor het vernieuwde deel van de productielijn moet afgeven. Een en ander op basis van de geldende Europese Richtlijnen, waaronder Machinerichtlijn 2006/42/EG.

Hiermee geeft de wetgever duidelijk aan hoe ze over ingrijpende aanpassing met een mix van nieuwe machines en oude machines denkt.

Inkoopfase cruciaal bij CEmarkering

Heel veel inkopers denken met het aanschaffen van CE-gemarkeerde deelmachines goede zaken te doen en hebben als basisgedachte "CE+CE+CE=CE". Het is echter onjuist om te denken dat de som van CE-gemarkeerde deelmachines inclusief gebruiksaanwijzing en EG Verklaring van overeenstemming voldoende is voor de CE-markering van het samenstel van machines.

Veiligheid is niet cumulatief. De integrator zal moeten anticiperen op het nieuwe samenstel van machines en een overkoepelend Technisch Dossier volgens Machinerichtlijn Bijlage VII op moeten stellen. Dit Technisch Dossier is niet de som van de documenten die door de verschillende leveranciers worden aangeleverd. De integrator zal daarnaast middels een overkoepelende risicobeoordeling moeten aantonen dat het samenstel van machines voldoet aan de eisen uit de geldende EG Richtlijnen. Het spreekt voor zich dat het belangrijk is om deze CE-markeringsactiviteiten goed te coördineren.

Waarom een CEcoördinator aanstellen?

In grote projecten ontstaat vaak onduidelijkheid over welke partij de overkoepelende CE-markering gaat aanbrengen. De projectleider is druk bezig met het in juiste banen leiden van zijn project en ziet de CE-markering van het samenstel van machines als een bijkomende papieren exercitie. Vaak wordt dit thema daarom veel te laat aangesproken met alle gevolgen van dien. Door vroegtijdig in het project een CE-coördinator aan te stellen kan een dergelijke CE-stoelendans worden voorkomen. Belangrijk is dat voorafgaand aan de koop van machines duidelijk wordt vastgelegd wie de overkoepelende CE-markering gaat aanbrengen op het vernieuwde deel van de productielijn.

Daarnaast zal moeten worden vastgelegd aan welke Europese Richtlijnen (Lees: Nederlandse Wetten) en Europese EN-normen in ieder geval moet worden voldaan. Het komt in de praktijk regelmatig voor dat een eindgebruiker een ondertekende EG-verklaring van overeenstemming (IIA) krijgt met geen of slechts een deel van de voor de betreffende machine geldende geharmoniseerde EN-normen.

Om te beoordelen welke EN-normen van toepassing zijn op een machine heeft het Nederlands normalisatie instituut (NEN) de gids ADV_9 gemaakt die kosteloos is te downloaden van http://www.nen.nl/

Taken van een CE-coördinator

Heel veel inkopers en ook projectleiders voelen zich niet thuis in al de CE-markering activiteiten. Men kent de EG Richtlijnen vaak onvoldoende om een goede gesprekspartner van de verkopende partij te zijn.

Een CE-coördinator dient naast de onderlinge samenhang ook de technische en documenteisen van de EG-richtlijnen goed te kennen. Alleen dan kun je ervoor zorgen dat je naast een functioneel goed werkende machine/installatie het ook een veiligheidstechnisch en CE-technisch in orde komt. In een groot project zou de CE-coördinator de in kader 2 opgesomde taken voor zijn rekening kunnen nemen.

Conclusie

De Machinerichtlijn 2006/42/ EG is per 29 december 2009 van kracht geworden en stelt strengere eisen ten aanzien de veiligheid van gekoppelde machines. Uit de hierboven besproken praktijkcase blijkt dat het volgens de Nederlandse overheid voor het CE-certificatieproces geen verschil maakt of de onderdelen waaruit de productielijn wordt opgebouwd, nieuwe machines, niet-voltooide machines of oude machines zijn.

De machinebouwer moet voor het vernieuwde deel van de productielijn bij bedrijf X toch een overkoepelende CE-markering afgeven. Door het vroegtijdig aanstellen van een CE-coördinator in het project kan een CE-stoelendans worden voorkomen.

Ing. Nick de With, Senior Consultant Fusacon, Hagestein