Moet de resetknop van een machine een losse aparte knop zijn?

Mag de resetknop van een machine op de HMI of moet dit altijd een losse separate knop zijn?

Wij hebben onderstaande vragen over de resetbutton en de noodstop.
Vraag 1. Mag de resetknop van een machine op de HMI of moet dit altijd een losse separate knop zijn? 
Vraag 2. Als je machines aan elkaar koppelt via het noodstopcircuit heb je dan per definitie een nieuw samenstel van machines?

Antwoord op vraag 1

Een resetknop vervult in sommige gevallen zeer zeker een veiligheidsfunctie, denk bijvoorbeeld aan de resetknop van een inloopbeveiliging (lichtscherm). Op het moment dat de persoon door het lichtscherm loopt wordt de machine veilig gestopt en afgeschakeld. Op het moment dat de persoon in de gevarenzone is zijn de stralen van het lichtscherm niet meer onderbroken en is de veiligheid van de persoon afhankelijk van de resetknop. Bij een ongewenste reset staat de machine weer op scherp met de persoon IN de gevarenzone. In dergelijke gevallen dient een resetfunctie zeker uitgevoerd te worden als veiligheidsfunctie.
De noodzaak om een resetfunctie als veiligheidsfunctie uit te voeren wordt ook al onderkend in de PL-norm EN-ISO 13849-1:2008 paragraaf 5.2.2. Hier staat geschreven:
 
"The performance level of safety-related parts providing the manual reset function shall be selected so that the inclusion of the manual reset function does not diminish the safety required of the relevant safety function.”

   

Met andere woorden de ontwerper van de veiligheidsfunctie dient te bepalen wat het PL-niveau wordt van de veiligheidsfunctie. Een reset van de noodstop via een niet-veilig protocol op een HMI is per definitie niet aan te raden. Er zijn leveranciers die dit middels een gecertificeerde fail-safe bouwsteen in de veiligheids-PLC wel op een bepaald SIL of PL niveau hebben ontworpen.

Antwoord op vraag 2

Het koppelen van een noodstop wordt veel toegepast bij ‘samenstellen van machines’ op basis van de Machinerichtlijn Bijlage I paragraaf 1.2.4.4:

1.2.4.4. Complexe machines

Machines of machinedelen die zijn ontworpen om in combinatie te functioneren, moeten zodanig zijn ontworpen en gebouwd dat de stopinrichtingen — met inbegrip van de noodstopinrichtingen — niet alleen de machine, maar tevens alle daarmee verbonden installaties kunnen stopzetten, indien het blijven functioneren daarvan gevaar kan opleveren.
Het koppelen van een noodstop van verschillende machines leidt niet per definitie tot een nieuw samenstel van machines. 

Een voorbeeld: een productiebedrijf heeft een zestal productielijnen voor verschillende producten naast elkaar staan en elke lijn is een samenstel van machines en beschikt over zijn eigen noodstopcircuit. Een noodstop gedrukt bij lijn 1 zet alleen lijn 1 stil. De lijnen zijn niet met elkaar gekoppeld, maar toch besluit de werkgever om tussen de lijnen een nieuwe afwijkende noodstop te plaatsen waarmee alle zes lijnen in noodstop worden gezet. Met andere woorden deze afwijkende noodstop biedt een bediener/onderhoudsman in te grijpen bij alle lijnen in een keer. In dit geval kan zeker hard maken dat deze aanpassing niet hoeft te leiden tot een nieuw samenstel van machines, namelijk de 6 lijnen samen.  

N.B.: Een noodstop is bedoeld als zogenaamde ‘mitigerende maatregel’ en kan niet als ‘beschermende maatregel’ kan worden gezien. Ook de Machinerichtlijn 2006/42/EG is hierin in Bijlage I par. 1.2.4.3 duidelijk: ‘Noodstopinrichtingen dienen ter ondersteuning van andere veiligheidsmaatregelen, niet ter vervanging ervan.’ Een noodstop is dus puur een aanvullende maatreg.
 
Bovenstaand antwoord is afkomstig van FUSACON B.V.