Organen-op-chip in nieuw lab voor microfabricage

Op woensdag 1 juli opent de TU/e het nieuwe Microfab lab, waar onderzoekers en studenten van verschillende faculteiten gebruik kunnen maken van geavanceerde microfabricagefaciliteiten, en microsystemen kunnen produceren voor onderzoek en onderwijs. Een van de in het oog springende doelen is het ontwikkelen van technologie voor organs-on-a-chip door in het lab ingenieurs, celbiologen, en medische onderzoekers samen te brengen; hiermee kunnen medicijnen voor ziektes als kanker en Alzheimer uiteindelijk beter en sneller ontwikkeld worden.

Micro-systemen en micro-apparaten nemen een steeds belangrijkere rol in binnen de wetenschap en onderzoek, ook binnen de TU/e. Denk hierbij aan onderzoeksgebieden zoals micro-fluïdica, weefselkweek, lab-on-a-chip, organs-on-a-chip, of de ontwikkeling van ‘slimme’ materialen die kunnen reageren op de omgeving. De opening van het Microfab lab geeft onderzoekers en studenten nieuwe mogelijkheden binnen deze onderzoeksgebieden..

Unieke combinatie

Waar veel bedrijven en onderzoeksinstellingen een productiefaciliteit hebben die is gespecialiseerd in één bepaalde technologie, combineert het Microfab lab verschillende technologieën. Van een cleanroom voor lithografie tot aan geavanceerde 3D printers, en van laserfabricage tot aan een ruimte geschikt voor het werken met biologische cellen; het Microfab lab geeft gebruikers de unieke mogelijkheid om op één locatie verschillende technologieën te gebruiken.

"Dat we een laboratorium hebben waar we diverse technologieën kunnen gebruiken is al bijzonder, maar dat we er zowel met technische materialen als met biologische materialen kunnen werken, dat maakt het pas echt uniek", legt Jaap den Toonder, hoogleraar Microsystems, uit. "Het Microfab lab is onderdeel van het TU/e instituut ICMS (Institute for Complex Molecular Systems) en vormt een samenwerking tussen de faculteiten Werktuigbouwkunde, Biomedische Technologie, Technische Natuurkunde, en Scheikundige Technologie, maar ook studenten en onderzoekers van andere faculteiten en partner universiteiten kunnen gebruik maken van de faciliteiten. Juist door laagdrempelig te zijn willen we een ontmoetingsplek creëren en samenwerking tussen verschillende disciplines en faculteiten stimuleren."

Onder andere voor de ontwikkeling van technologie voor medicijnontwikkeling en het verkrijgen van inzicht in het ontstaan van ziektes is het Microfab lab van belang. Dit onderzoek gebeurt binnen het recent opgerichte Nederlandse Instituut hDMT waarvan TU/e founding partner is.

Het Microfab lab, met een totale oppervlakte van 600 m2, heeft meer dan € 1 miljoen gekost. Samen met het al bestaande Nanolab@TU/e heeft de TU/e nu twee hoogstaande productiefaciliteiten.

Rector Frank Baaijens en burgemeester Rob van Gijzel zullen het Microfab lab officieel openen op woensdag 1 juli.