NWO opent eerste Nederlandse laboratorium in Antarctica

De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) opent op zondag 27 januari het eerste Nederlandse laboratorium in Antarctica. Het Dirck Gerritsz Laboratorium bestaat uit vier tot laboratorium omgebouwde zeecontainers, geplaatst in een docking station. Nederlandse wetenschappers zullen in het laboratorium onder andere onderzoek doen naar algen en ijzersporen in het opwarmende Antarctische zeewater.

Nederlandse onderzoekers waren voor onderzoek op en rond de Zuidpool tot nu toe aangewezen op de faciliteiten van andere landen met een basis op Antarctica. Het Dirck Gerritsz Laboratorium komt op de Britse basis Rothera te staan, maar kan in de toekomst eventueel ook ergens anders neergezet worden. Zo worden de kosten van een eigen basis en infrastructuur bespaard en wordt er zo min mogelijk schade toegebracht aan de Antarctische natuur. De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk onderzoek en het ministerie van OCW investeren samen 8,5 miljoen euro in het Zuidpoolonderzoek.

Jongensboek

Staatssecretaris Sander Dekker (Onderwijs Cultuur en Wetenschappen): "Het is natuurlijk jongensboekachtig spannend, wat onze wetenschappers tot stand brengen in Antarctica, maar bovenal is het een mijlpaal. Voor het eerst kunnen Nederlandse toponderzoekers werken vanuit hun eigen lab in Antarctica. Een lab dat precies is ingericht naar onze onderzoeksbehoefte. We kunnen zo een belangrijke bijdrage leveren aan onderzoek naar klimaatverandering en biodiversiteit. Door bij de Britse aanwezigheid aan te sluiten hoeven we bovendien het wiel niet opnieuw uit te vinden en kunnen we met een relatief kleine investering veel resultaat boeken."

Een delegatie van NWO en de ministeries van OCW en Buitenlandse Zaken opende het laboratorium. Kroonprins Willem Alexander sprak het Nederlands-Britse gezelschap door middel van een videoboodschap toe. De opening was aanvankelijk gepland op vrijdag 25 januari. Door het slechte weer arriveerde de delegatie echter bijna twee dagen later dan gepland op Antarctica. Vanwege de slechte weersomstandigheden (harde wind), was het onmogelijk om van Punta Arenas (Chili) naar Antarctica te vliegen.

Geloof, Hoop, Liefde en Blijde Boodschap

Het laboratorium op Rothera heet het Dirck Gerritsz Laboratorium, de vier afzonderlijke labcontainers heten Geloof, Hoop, Liefde en Blijde Boodschap. In 1598 vertrok uit Rotterdam een konvooi schepen op zoek naar een handelsroute via de punt van Zuid-Amerika naar Azië. De schepen heetten Geloof, Hoop, Liefde, Blijde Boodschap en Trouw. In de Straat van Magellaan werd het konvooi door barre weersomstandigheden uit elkaar geslagen. Eén schip, de Blijde Boodschap onder leiding van Dirck Gerritsz, werd ver naar het zuiden geblazen. Gerritsz zag daar een ‘heel hoog bergachtig land, vol sneeuw, als het land van Noorwegen’. Waarschijnlijk was dit de eerste waarneming van Antarctica.

Omdat de labcontainers bestand moeten zijn tegen extreme weersomstandigheden, is de expertise van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) gebruikt om ze te bouwen en in te richten. Elke container bevat speciale apparatuur voor specifiek onderzoek. Door het concept van docking station met losse containers, kunnen in de toekomst containers vervangen worden door andere containers met andere apparatuur, mocht dat voor nieuw onderzoek nodig zijn.

Poolonderzoek

De investering in onderzoekslaboratoria en onderzoek op de Zuidpool is onderdeel van het Nederlands Polair Programma. Dat financiert Nederlands wetenschappelijk onderzoek in en naar de poolgebieden. Nederland neemt deel aan het Antarctisch Verdrag en is in die hoedanigheid verplicht te investeren in onderzoek op de Zuidpool. Antarctica warmt snel op. Door de wereldwijde circulatiesystemen (atmosfeer, oceanen) worden veranderingen in de poolgebieden over de hele wereld voelbaar. Goed inzicht in deze veranderingen door hoogstaand onderzoek is voor Nederland belangrijk.

De Nederlandse wetenschappers, verbonden aan het NIOZ, de Rijksuniversiteit Groningen en de Universiteit Utrecht, doen onderzoek naar: ijzer en andere opgeloste spoorelementen in het zeewater van Marguerite Baai, West-Antarctica; Antarctische algen in een veranderende wereld en de gevolgen hiervan voor de voedselketen; de invloed van gletsjer-smeltwater op mariene microbiële gemeenschappen in Ryder Bay; zoetwaterstroom en klimaatverandering op het Antarctisch Schiereiland; seizoensdynamiek van klimaatgassen in het Antarctisch kustgebied.